Sinds -begin- dit jaar heb ik nul last van een ochtendhumeur, niet één keer. En al die jaren ervoor was het voor mijn omgeving een lijden en last. Om op tijd op de zwemtraining te zijn als kleine blonde spriet, moest die wekker iedere ochtend om kwart over vijf het eerste werk doen. Ik heb heel wat wekkers versleten. Meestal moest mijn vader dienen als wekker, want hij ging op de fiets naar zijn werk en reed dezelfde eerste paar kilometers als dat ik moest gaan om in het zwembad terecht te komen. Dan bleef hij een uurtje naar het gespartel kijken van al die sportievelingen en kon daarna door naar zijn werk. Dan was het buiten licht en kon deze meid op haar fietsje veilig terug naar huis voor het ontbijt en hup door naar school. Maar dat wakker worden zonder in het koude water van een 50 meter bad te duiken is me nooit goed afgegaan. Ondanks de enorme wekker van de Hema met zijn bellen erop waar zo'n ijzertje ertussen het ding een hels kabaal liet maken. Die zette ik geschrokken half slapen weer uit om snel terug te duiken. Ik was net een slapende hond en die moet je laten slapen. Zoniet? Dan was ik niet aanspreekbaar en soms ging die bui door tot tegen het avondeten.
Nu kan ik niet zeggen dat ik heel erg blij mijn bed uit jubel. Ik heb nog steeds minimaal een 90 minuten nodig om echt goed wakker te zijn. Lijf en leden zijn wel actief, maar tussen mijn oren slaap ik nog, half, een beetje. Dus geen moeilijke vragen alsjeblieft, geen opdrachten en vooral geen gezeur. We leven hier in en met de natuur, dat houdt ook in dat we langer of korter slapen naar gelang de zon hoog of veraf en laag staat. Langere nachten en voor mij geldt dan; langer op bed, tot een uur of half 9, heerlijk. Maar wakker is opeens wakker sinds begin dit jaar. Eruit en de dag, het huis en mezelf opstarten, maandag, woensdag of zondag, er is geen verschil, de natuur heeft ook geen kalender nodig om te weten dat het weer dag is of moet gaan slapen.
Vanochtend was als ieder andere ochtend, het wakker worden, de kleding van gisteren snel aantrekken om die slaapwarmte vast te houden, want hier geen thermostaat op timer, maar de dag opstarten in een huisje dat is afgekoeld in de -10 van de nacht. Luiken open, koffie zetten, het vuur aanporren met een blok eik erbij. We worden steevast 'in de weg gehuppeld' door 5 katten die heel blij zijn dat we wakker zijn. Ons kopjes kunnen geven en water afdwingen door bij de kom te gaan zitten en dan met die grote vragende ogen naar je op te kijken met een blik van 'wij staan droog, opschieten', dat water dat buiten allemaal bevroren is en anders moeten ze naar een bronbak verderop het terrein. Maar de echte uitzinnigheid als reactie op de nieuw aangebroken dag vindt buiten plaats. Eén van ons doet de beesten 's ochtends, dat inhoud; Kippenluikje open, wat voer strooien op de muur, hond begroeten en brokjes geven. Castel is altijd heel blij als je haar zo vroeg mogelijk in de ochtend laat weten dat ze bestaat en belangrijk genoeg is te begroeten en eten te geven. Dus die piept, kwispelt met het gecoupeerde staartje, trekt korte sprintjes, kijkt je verlieft aan en probeert tegen je op te springen als wil ze zeggen; ik ben een poes, til me op, knuffel me. De kipjes weten niet hoe snel ze de plank af moeten lopen om een graantje te pikken, meestal springen ze er vanaf, ze hebben haast, en tokken verheugd alsof ze dankbaar zijn dat er geen vos was die hen in de nacht heeft overmeesterd. (Nee, de haan is weer ter ziele, afgelopen woensdagmiddag begon Castel te blaffen en klom ze via de steile helling naar het bospad om de jagers te begroeten. Het jonge haantje liep al graag in z'n up te scharrelen buiten ons terrein en kwam die avond niet terug naar zijn hok. Felix, de godfather van de jagersgroep gooit het op de vossen, maar die wagen zich hier niet, het zijn de jachthonden die ze jatten.)
Ik 'doe de beesten' niet vaak, meestal zet ik de koffie, start de pc's op, maak licht in huis en vuur in de schouw. Marc is meer van het 's ochtends naar buiten gaan. Maar als ik 'ze' dan 'doe' gaan er 5 katten mee die uitbundig spelen, elkaar achterna zitten, de kippen van dichtbij goedemorgen wensen, de hond plagen, een boom of wat beklimmen en bekrassen, prrrrt-geluiden maken, buitelen en mij een kopje of wat komen geven. Castel blijft ook na haar ontbijt uitzinnig van blijdschap. Met koffie en een finse cape zat ik vanochtend op een houten bankje, steen is me te koud, en keek eens toe naar de blijdschap over deze nieuwe dag. Het is aanstekelijk, het blijft nieuw. Als ik in Nederland 's ochtends buiten ging staan of zitten zag ik niets anders dan sjagrijnige koppen die de voorruiten van auto's krabben met dampende uitlaat, hondjes aan de lijn die ff snel moeten poepen en plassen, een vluchtende kat en kinderen verkleumd op de fiets onderweg naar school met in hun kielzog een moeder met een kleintje in het zitje voorop die, zo vroeg al moe, vecht tegen de wind.
Ik ben geen ochtendmens, ik zal het ook nooit worden. Maar een 20 minuutjes de dag wakker zien worden en naar de dieren kijken maakt mijn gedachten haast uitzinnig, van blijdschap en dankbaarheid voor het leven zelf. Ik vergeet zelfs in -10 mijn koffiemok te legen, en dat zegt een hoop!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten