Sinds een paar dagen kraait meneer de Haan niet meer. We hebben hem nog meerdere dagen mime zien spelen. De kop gekromt, omhoog omlaag, alsof hij bokt om daarna de snavel open te doen en met kabaal te laten weten dat hij de baas is. Maar dan in een diepe stilte. Het is een heel raar gezicht, een mime spelende haan. We begrijpen het niet, nog niet. We zien geen duidelijke aanzet tot het in de rui zijn. Hij heeft geen extra stress, juist minder, want hij is best al wat gewend, en mag buiten scharrelen zolang hij wil. Ik heb geprobeerd de haan te stimuleren door ook te kraaien en we zien hem met opgeheven kop luisteren naar de echo die via de bergen terugkomt rollen. Ook dan kraaide hij, geluidloos.
De plotselinge zomer? Het ontbreken van andere hanen binnen een hoorbare straal? Niet te hoeven laten horen dat hij de baas is? -Hij laat het wel steeds duidelijker merken, maar het blijft een nog bangig dier.-
Gisteren knapte ik de 0-sterren camping op voor Johnny en zijn vriendin. De bocht in het stalpad ziet er heel strak uit en de braamtakken, rozenmaaisel en andere kleine scherpe houtjes stook ik op in de kleine vuurplaats die ik daar gebouwd heb. Maar goed dat ik de enorme takkenberg er laat liggen op verzoek van m'n lief, want de wind steekt op en zo'n vuurberg zou de helling in lichterlaaie hebben gezet. Die berg is ideaal voor een BBQ met z'n vieren daar, of voor een romantisch kampvuur voor de twee jonge lovers. Het knapt er echt van op.
Nu nog een beetje regen om het stof neer te laten slaan, maar Meteo belooft er wel wat van tijdens de paasdagen.
Ik bezoek het centrum weer om wat baantjes te trekken en Tai-chi te doen. Het is ontzettend druk met een grote groep kinderen en natuurlijk de vakantiegangers uit Parijs die hele discussies voeren in de sauna. Een mooi lesje 'franse conversatie' en de kans dit uit te leggen als ze mijn mening vragen. Als expat is het een fantastische gelegenheid te socialiseren. Vaak dezelfde gezichten en en passant ontmoetingen. Maar het echte contact is daar (nog) niet. Voor mijn lijf en leden is het heerlijk. Tijdens het zwemmen van wat baantjes fris ik op, zie veel weer zitten, maak me niet zo druk meer om dingen en erger me niet meer aan het oppervlakkige gegiechel van de vrouw van onze burgervader. Ik voel me net een 'nieuwe in de klas' en met het uitzoeken van een partner tijdens een speciale Tai-Chi oefening staan ze bijna in de rij, voor mij...? Het in maart weer geopende centrum is niet ingesteld op de enorme toeristische drukte met maar 14 kleedhokjes, geen toegang tot de grote kleedruimte vanuit het zwembad en geen doorgang tussen de kleedhokjes door naar de uitgang. We staan als volwassenen allemaal met onze tassen en handdoeken te wachten tot het grut weer een hokje vrijgeeft. Ik kleed me om in een gesloten douchecabine die natuurlijk nat is, geen bankje heeft en nogal smalletjes voor wat ik daar probeer te doen; me in te smeren met een verzachtende creme en aankleden. Later moet ik een dame vragen om via haar kleedhoje naar de uitgang te gaan om op tijd op Tai-Chi te zijn in de daarboven liggende ruimte. Genant en lastig. Kan wat worden van de zomer!
Toch is de nieuwigheid van deze immigrante en ons rommelerfje eraf en zien we niemand meer hier van de locale mensen.
Ja toch, gisteren op het bospad. Een boertje uit het kasteeldorpje die twee ezels kwijt was en aan Marc vraagt of wij ze gezien hebben. "Een grote witte en een klein bruintje misschien?" Vraagt Marc. "Ja, die twee, heeft u ze gezien?"
Jazekers, toen we van het weekend even de hort opgingen, op het bospad. We dachten echt dat het twee van de drie ezels van onze buren waren die weer eens ontsnapt zijn en bokkend, springend het supermalse gras en de kruiden snoepen in de bermen van het pad. Dus we drijven ze terug naar het hekwerk dat we een stukje open kunnen doen en zijn blij dat we dit voor de buren kunnen doen.
Als we terugkomen van het uitje zien we 5 ezels bij de buren, geen 3! Dus denken we dat de buurtjes er twee bij hebben, logisch als je zo ver van de bewoonde wereld af woont.
Maar de twee blijken er niet bij te horen en zodra de man zijn gemis kenbaar maakt, zien we de verschillen tussen de zijne en die van de buren.... Oops.
's Avonds belt de buurvrouw. Ze is niet boos, maar wel een beetje geagiteerd dat wij zomaar twee vreemde ezels bij de hunne zetten die we op het pad aantreffen. Dus onze goedbedoelde actie wordt weer eens knalhard onderuit gehaald. Volgende uitbraak van hun ezels zullen we negeren en bang als ze zijn voor Laro's, zullen we ze noodgedwongen de helling of het bospad af jagen zo de openbare weg op 2.5 km van huis. Want het bospad is te smal om de dieren rustig te passeren.
Alle signalen tegen het verhuren van ons huis in NL aan vaklui krijgen er nog ééntje bij een drie dagen voor Marc naar NL vertrekt om alles uit te voeren wat we hier op afstand al geregeld hebben.
S&G (huisoppas) bellen en stellen voor het huis te huren.... Goed voorstel, absoluut, helemaal top, maar de timing!!!! Ik klap compleet dicht van het aanbod op dit moment. Het water staat ons al maanden aan de lippen en we blijken niet de enige. Als je na jaren vanuit de ruimte en rust terug moet naar een heel klein huisje in een kleine compacte oud-hollandse binnenstad, zou mij dat ook een hel zijn, waar ik bij voorbaat gek van zou worden. Maar och hemel, hoe incasseer ik deze timing? Zeggen we alles opeens af een paar dagen van te voren? Even schakelen, nachtje over slapen, wat is het beste, sommetjes maken en overleggen, praten, denken.... Marc merkt haarscherp op dat ik bij schokkende berichten dichtklap en de situatie verstandelijk wil uitpluizen, om maar niet overstuur te raken. In het begin van onze relatie, die nu net ruim 5 jaar oud is, kon hij er geen kant mee op. Nu kijkt de schat door die buitenste schil heen en is lief. Met een extra knuffel gaan we op tijd naar bed. Vandaag komt de uitslag van het wikken en wegen van twee stellen om een zo fijn mogelijke oplossing te vinden om verder te kunnen met ons leven. Wel of niet naar Nederland, wel of niet extra kosten maken om wat rust te creëeren in de komende maanden.
Ik ben er ziek van, zo moe dat ik het liefst heel de dag op bed ga liggen. Ik sleep me een beetje door de dag heen, wordt 3 keer uit bed getrommeld en de duw-&-trekwinden maken het er niet makkelijker op. Alles flappert, waait los en weg, is onrustig en we eten binnen. M'n lief probeert verder te werken aan het schuurdak, maar het enorme zeil op het dak waait los, buigt spijkers krom, verplaatst emmers vol met stenen en de ringen scheuren eruit los. Het cement droogt te snel, dus geeft Marc het vloekend op halverwege en dumpt het overgebleven cement achter de muur van de secadou, zonde, maar het is niet anders. Ik probeer steeds weer een slaapje te pakken, maar geef het op als G. belt om ons uitsluitsel te geven dat ze toch maar vertrekken naar hun kleine poppenhuisje, dat trouwens ook maar niet verkocht wordt!
We doen het goed saampjes tijdens deze moeilijke tijd. Een wel hele lieve mail van hem bewaar ik met ster in mijn postvak. Een huwelijksaanzoek valt me ten deel, -ja heus het kan! als je al getrouwd bent- met de leukste, de beste en de liefste grijns die m'n lief me kan geven. Hij maakt bij voorbaat goed dat 'hij niet aan verjaardagen doet'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten