donderdag 31 maart 2011
lastig stuk lente
eikenhouten planken
Regionale Politiek
BusinessCard
woensdag 30 maart 2011
Harry
Daar staat een huis....
maandag 28 maart 2011
De kip & het ei
zondag 27 maart 2011
ca va bien
vrijdag 25 maart 2011
Bedankt
Ik ben gelukkig goed op de hoogte gehouden, geniet van zijn stem aan de telefoon en zijn verhalen.
Ik rommel en werk, relax en lees een boek in de zon zonder kleren aan. Boven op de markt is het nog fris door de wind die daar bijna altijd waait, maar wat wil je op zo'n 500 meter hoger als waar wij wonen. Ik kroel weer een kip, geen ei vandaag en geen kraai-oefeningen.
Op de markt loop ik Nadine tegen het lijf, alsof ze een verklikdienst heeft. Ze wil graag betalen, met een cheque natuurlijk, en trekt me haar atelier annex kantoortje in. Tussen verschillende enorme naaimachines, tafels vol met spullen, een oude klein aandoende schouw, boeken, draad, stoffen en nog te restaureren meubeltjes moet ze een stoel zoeken en kruipt zelf achter het kleinste bureautje ooit gezien. Het is er stoffig, donker en muf, maar haar aanwezigheid laat me dat alles snel vergeten. Haar franse geratel wisselt ze af met engels, wat niet meer zo nodig is, maar soms wel handig, omdat ik dan ook wat dieper in kan gaan op de dingen.
Ze spreekt zich vol lof uit over het werk wat we deden, zo snel, vakkundig en netjes en vraagt zich af waarom ze voor de vorige tuinman zoveel betaalde voor weinig. We zijn een echte 'biome' en dat ze dat zo goed ziet is tof. Ik zit halverwege een franse volzin, wat me tijd en concentratie kost, als er een man binnenkomt die er oud uitziet, zich wat traag beweegt en enge half fijngeknepen ogen heeft met een gemaakte voorzichtige glimlach op de lippen. De nieuwe canton president. Zo een man waar ze hier nog voor knippen en buigen, een mens dat zeer hoog in de regionale hierarchie staat en zo ook bejegend wordt. Ik herken hem gelijk van alle foto's in extra bulletins, de krantjes van de verkiezingstijd van afgelopen maanden en de twijfel die we hadden om te regelen dat we hadden kunnen stemmen, door de papieren die we in de bus kregen met zijn foto en verhaal erbij over de toekomst van de regio. Ik herken de strenge hierarchische samenleving niet, weet dat zij er hier wel is, maar kan me er niet op instellen en ook vol egards me daarin voegen en mijn plek kennen. Zo ouderwets, in mijn ogen, zo strict met de eigen onbeschreven communicatieve wetjes. Dus stamel ik dat ik meneer natuurlijk herken van alle berichten van afgelopen tijd, geen woord van gelogen, en schenk hem mijn breedste glimlach om zijn namen al kwijt te zijn voor hij zich omdraait. Een vriend van haar man die met nog een vriend staat te praten moet zich ook aan me voor komen stellen, weer een naam te onthouden.... Hij kijkt me stug aan en met moeite krijg ik een snelle onzorgvuldige hand. Nadine schreeuwt het bijna van de daken dat ik zo goed bomen kan snoeien, ze lijkt bijna trots, maar maakt gewoon reclame voor me. We nemen de tijd, krijgen een bak koffie bij de bistro en gaan onsweegs.
Mijn ochtend is al op als ik thuiskom en ik heb even tijd nodig de indrukken te verwerken.
Deze nieuwe dag begint net zo stralend als de afgelopen week. Huis en haard krijgen deze dagen de grote schoonmaak en daar gaat veel tijd inzitten. De haan is om half 8 al aan het oefenen, de kipjes zitten nog keurig op stok en castel is blij met de nieuwe dag.
Nederland buiten beschouwing gelaten, hebben we een prachtig leven vol mooie beloftes!
woensdag 23 maart 2011
De duim omhoog
dinsdag 22 maart 2011
"Kuke.....KUKeL.....Kukeeegg"
Zijn repertoir; "Kuke.....KUKeL.....Kukeeegg"
Het klonk zo'n 20 keer achter elkaar hetzelfde. We lopen grinnekend het hok nog even in, en Haan gaat gewoon door met zijn kraai-oefeningen. Ik kruip iedere dag een keer in het hok. Zet ze op stok of houd er eentje vast. Hand voor op de kippenborst en de ander aait eens op de nek of op het ruggetje. Eén van hen, de meest diep rode, vindt dit best even ok. De rest kijkt een beetje schuw vanuit een hoekje toe, maar komen al snel wat los om hier en daar even ergens in te pikken en mij eens goed in zich op te nemen. Ook Marc gaat regelmatig even kijken en als Castel zich koest houdt natuurlijk ook.
Het werk verliep 4 keer vlotter als gedacht gisteren. De drie lindebomen waren zo gesnoeit en ik heb genoten van het bomenwerk voor een franse klant. De te vellen bomen waren ook zo verdwenen in stukjes naast het huis. In de laatst te snoeien linde ben ik al flink aan de slag met de kettingzaag, als ik plots iets zie fladderen. Ook Marc roept gelijk. Een torteltje is verschrikt op een tak gaan zitten 30 centimeter van het nestje met 2 witte eitjes erin. Het nestje is van wat berketakjes gemaakt. Het ziet er zeer breekbaar uit en open. Het duifje kijkt me geschokt aan en ik kijk hetzelfde terug. Die schok komt door de gedachte dat ik misschien al met die zaagtandjes op een snelle ketting dwars door een duif of nest heb gezaagd zonder het te merken! Maar het nestje ligt net boven waar ik al gezaagd heb en ziet er ongeschonden uit. Ik kijk naar mijn grondmaatje die zijn schouders ophaald en zegt dat ik nu mag proberen uit te maken wat het beste is. Ik geef hem het nestje aan en hij plaatst het hoog in een kleine maar oude es. Ik snoei door en ben zo die boom weer uit. Het torteltje is alleen, we zien maar geen partner en ze vliegt de rest van onze tijd daar, naar elzen die aan de overkant in de oever van het brede riviertje groeien en het dak van de schuur of de fruitbomen naast de gesnoeide linde. Na de snoei plaats ik het nestje terug op een beschut plekje in de brede knoet en nu maar hopen...
Er kruipt en kriebelt hier natuurlijk al van alles rond. Cros is onverzadigbaar en vele uren per dag zoet op het terrein in een straal van 80 meter ongeveer. De kleine bruine hagedisjes moeten het ontzien en we houden ons hart vast voor wakker wordende slangen. Vogeltjes, muisjes, vlinders en ook die prachtige grote felgekleurde hagedis! Ik zag hem al weer zeer gefocust op iets bezig. En potverdrie, hij heeft er één te pakken. Nu weet ik van R&K, die ze ook zo van dichtbij kennen, als ze bedreigd worden door iets en ze krijgen het te pakken met hun bek; ze laten niet meer los! De staart is er natuurlijk al af, daar is het een hagedis voor. Ik neem Cros mee in een poging het dier af te leiden. Maar hoe ver ik ook met hem wegloop de andere kant uit. Tot twee keer toe rent hij gelijk het hele stuk terug naar zijn hagedis. Ik laat het los, maar later zie ik Cros ermee op het achterterras. Dus ben ik het zat, zet Cros in huis en doe gelijk de deur dicht, zodat hij helemaal om moet lopen. Voor hij zover is, pak ik een stevig stuk schors en houd het bedreigend voor de hagedis zijn bek, "hap", zegt de hagedis en ik show hem nog even aan Marc, voor ik een flink stuk het bos inloop met het diertje bungelend aan het schors en een stijf dicht gehapte bek. Ik zet het schors-met-dier tussen de bladeren op een warme steen.
Diezelfde middag als de hagedis-pesterij, zie ik Castel kwispelend om de auto heen naar de oprit drentelen. En een onbekende hondestaart!! ?? Wel twee onbekende hondestaarten ontdek ik als ik Castel volg langs de auto. Twee bordercollie's, of mixen van dit ras, staan Castel te begroeten. Ik ga Marc halen, bezoek!! Maar niks hoor, die honden waren gewoon samen wat aan de wandel. En om nou drukte te maken als ze Castel komen begroeten? Nee, samen aan de wandel. Geen mens in de buurt. Na een aai en een haal van ons, lopen ze als knus stelletje het terrein af, slaan links af en wandelen weer voort, in een stilte die ik bij drie honden bij elkaar niet gewend ben. Ze zien er goed verzorgd uit, de één heeft een halsband, de grote half collie niet, mooie glanzende vachten en vriendelijke rustige dieren.
Water
(foto; het kraanwater na het alleen maar leeghalen van de bronput. Het is ondrinkbaar, het smaakt naar modder. Ik kook er wel mee en tijdens het koken en eten, laat ik de kraan open staan om het door te spoelen. Nu maar hopen dat we voorzichtig genoeg te werk gaan, om 's avonds wel drinkwater te hebben.)
Vanochtend viel het Marc op dat de overloopbakken van de bron maar een miezerig straaltje geven. Te miezerig voor de stand van de maan, te ielig voor in de lente en zeker te weinig als er geen wasmachine aan staat of er helemaal nog geen twee viesgewerkte mensen een lange douche hebben genomen. Het was ons al eerder opgevallen, dat kleine beetje dat normaal met gesputter uit het buisje in de bronbakken loopt, waar de vogels uit drinken, de katten en Castel een badje neemt na een wandeling. Die bakken die altijd vol zitten met nog heel jonge vuursalamanders en de leidingen naar de teilen en bakken in de moestuin verstoppen, omdat zij nou ook eenmaal verder willen in het leven. Dus laten we alles waar we mee bezig waren in de steek. Al mijn dagtaken gooi ik accuut overboord en bezorgd pakken we een klein schepje, een emmer, snoeischaar, handzaag en een plastic bekertje. We lopen het al onbegaanbare erg stijle pad omhoog, een paar honderd meter vanaf ons huis en tientallen meters hoger gelegen op een weer stijle puinhelling. Dit stukje bos is niet van ons, maar de bron hoort al een aantal eeuwen bij de behuizing die hier staat en stond, getuige de ruines die hier vlakbij liggen.
De vorige eigenaar heeft een bronputje gemaakt en dit via ondergrondse leidingen naar een reservoir geleid. Een reservoir van 2000 liter met een overloop die uiteindelijk bij ons in de open bronbakken stroomt om via zovele teilen en leidingen van tyleen of bamboe de moestuin van water voorziet. Alles ondergronds. Onderin het reservoir zit net boven de bodem een leiding die met flinke druk het water naar ons huis brengt waar we met een gerust hart van drinken (heerlijk water!), de was mee doen en zo genieten van die warme douche. We hebben nog nooit zonder gezeten, het is een erg goede bron en ook dat zal wel in de prijs van het huis gezeten hebben. We kunnen ons wel eens bekocht gevoeld hebben, maar altijd puur bronwater is ook wat waard gezien het wereldse waterprobleem. Als er wat mis mee is, slaat hier altijd de paniek toe, want de gemeente kan onmogelijk een waterleiding naar hier aanleggen en afhankelijk zijn van een watertank die gevuld moet worden tegen vergoeding is ook ons idee niet van hier wonen.
We maken boven de bronput open. Twee zware grote betontegels bedekken een halve vierkanten gemetselde bak van stenen die er zovele van liggen op de nu nog winters bebladerde bosbodem. Daarover UV-folie, dat niet verweerd of snel stuk gaat. Maar de gaten zitten er wel in; muizen. De eerste keer dat we de bron en toebehoren goed hebben nagekeken is al weer anderhalf jaar terug. Op het pad kun je een oude grof gebouwde muur zien, overgroeid met weer al die slierten, de één voor een bos-effect, de ander om in te blijven hangen met gevaar voor enkels en nek en de laatste levert striemen en prikwondjes op. Takken en struikjes bedekken het kleine leiding-putje. Waar hoofdkranen zitten voor de leidingen naar onze stek. Daar dreven een tiental dode muizen in. Ze wilden drinken, vielen in dit putje wat vol stond met regenwater. Het was veel erger om aan te zien en schoon te maken, de geur alleen al!, als om restjes van ja kat terug te zien op je gazon. Onze Joppie presteerde het regelmatig, duiven te over op zijn vorige terrein. Niets meer dan veertjes liet hij dan achter in een stiekem hoekje van de schuur.
Deze put (foto) heeft een grindbodem, waar al wat eeuwen water uitstroomt. Een gele drainageslang ligt in een u op de bodem en er zit een thyleenslangetje in dit richting reservoir door de wand van de put verdwijnt. Maar de slang is al bijna in het grind verdwenen en de ruimte tussen de thyleenslang en de gele buis zit verstopt met een gaasdoekje en het water is een andere weg aan het zoeken. Alles behalve in onze leidingen.
Omdat we nooit verder gekeken hebben dan dit putje zelf, besluiten we na de lunch terug te gaan met meer materieel om dit vandaag nog op te lossen, want we willen water!
We weten waar de bron zelf ligt. Bijna recht boven het reservoir onder en achter veel omgevallen bomen die sprookjesachtig begroeit zijn met klimop die als slierten doorschijngordijnen vormen om de bosbodem nog wat te filteren van zonlicht. Verraderlijk zijn weer de bramen die ook lange ranken vormen en zo al klimmend met je handen vol alleen maar gevoeld worden en niet eerder gezien. De bosrank doet er hier en daar een schepje bovenop, soms helpt flinke kracht zetten met werkschoenen, klimop en braam breken nog wel eens. Maar bosrank lieve lezers, die breken nooit of te nimmer. Al probeer je een rank dun uitlopertje af te breken, het zal niet lukken. Wauw, franse soort liaan! Maar ergerlijk nu zo met de zorg over ons water in het hoofd.
Nog geen week geleden zijn we naar André gelopen, een gepensioneerde boer die traditionele spullen, werktuigen, molenstenen en op de laser nauwkeurig gekloofde houtblokken verzameld. Hij staat hier overal bekend als de 'genezer', een franse sjamaan, waar de telefoon echt continu rinkelt en hij nooit de telefoon aan zal nemen. Mooie verhalen, en ook wij ervaren beide iets bij die man. We vroegen hem om tijdens een langere droge periode eens te komen kijken. April of zo, naar de bron. Maar actie is nu geboden.
Het hebben van je levenswater dat uit een bron komt is nieuw voor ons. Ik vind het nog steeds niet te bevatten, dat de aarde zomaar water naar het oppervlak zendt, om al het leven op dat kleine plekje altijd van water te voorzien. Buitenwater, zeewater, regenwater en vaak ook kraanwater wordt niet zomaar gedronken. En daarom blijf ik het bijzonder vinden. Ik betrap mezelf erop, dat ik me nog niet verdiept hebt in bronnen en hoe je daarmee moet leven. Ons allerbelangrijkste ding in het leven zelf dat hier als gift uit de kranen komt.
(Op bovenstaande foto, staan we even uit te rusten en ligt het folie te wachten op een dikke doek. De flap is even omgeslagen en ik zie een klimopworteltje flinke bewegingen maken in een doorgehakt muizenholletje. Het is een knagende muis die vindt dat door al die commotie in zijn huis de vluchtwegen vrij moeten blijven. Als we recht in het gaatje kijken, zien we het diertje druk knagend. Moet wat zijn voor die muis, eerst zware aardverschuivingen, opeens andere lichtinval in huis, een wortel in de weg die er eerder niet lag en dan ook nog 4 heel grote ogen in je vernieuwde uitzicht!)
Het is warm smiddags, nog geen blad dat de zon luwt. Het werk is zwaar, nieuw, vies en onbekend. De bron zelf lijkt inderdaad het water alle kanten uit te duwen als we het stuk boven de bronput open leggen. De eerste meter vanaf we het water onder een rots uit zien stromen heeft enkel ook zo'n gele slang en we zoeken en graven net zo lang, tot we het begin van die slang gevonden hebben, die verstopt zat met een steen waarvan je denkt dat hij nooit of te nimmer in die buis zou kunnen passen. Alsof je grote teen in de kraan van het bad vast zit, zoiets.
De alternatieve loopjes die het water al gevonden heeft, verdwijnt niet allemaal in de bronput. Het lukt m'n lief om die steen eruit te krijgen. Het is al wat later op de middag en we beginnen moe te worden. Die slang is nu vrij en het heeft direct effect. Voorzichtig leggen we een mooie zware platte steen boven de slang en gaat Marc weer naar huis om doek te halen. Zacht vijverdoek om waterverlies te voorkomen. 10 Weken geen regen en zonneschijn, we hebben altijd water.
Foto onder; Marc loopt op het verwaarloosde pad, op de voorgrond het mansgat naar het reservoir van 2000 liter. Het 'muizen-putje' is klein en bevindt zich ergens tussen m'n lief en het reservoir.
We zijn eind van de dag behoorlijk stuk, maar dit hadden wij saampjes even nodig, de bron had ons nodig -die muis natuurlijk niet- een wouw heeft ons stiekem gade zitten slaan met zijn typische roep van heel dichtbij en zat met gespreidde vleugels even majesteitelijk te genieten van de late zonnestralen vlak voor het verdwijnen achter de berg. De dag is zomaar aan ons voorbij gegaan, terwijl we hadden willen werken aan zijn vertrek van morgen.
Foto boven; vooraanzicht van het stuk helling waar dit zich allemaal afspeeld, altijd. Overal diertjes, planten, bomen, hout, mors, schors, stenen, vlinders, vogels, de bries, het blad, de aarde en water, water, water.
En nog is er iets niet in orde aan de bron. Of er is een tweëede nooit ontdekt er pal naast. De helling is één groot breukvlak, dat is zo goed te zien als je zo met het land geconfronteerd wordt, die aarde waar je het van moet hebben voor water en warmte, zelfs alle stenen hebben waarde, tot op de kleinste toe waar je die gaatjes zo mooi mee opvult als je bouwt zonder cement. Naast en of onder het reservoir lijkt het flink te lekken. Het pad is er al erg door uitgesleten en vormt nieuwe stroompjes. Het was altijd al een beetje nat, maar niet zo erg als afgelopen maanden. We vragen het André tijdens de eerstvolgende droogte. We zouden ook dit water graag willen gebruiken. 's Avonds werken we haast koortsachtig aan zijn vertrek voor eventjes.
Toch stom dat ik nooit een paar flessen bronwater uit de super heb staan.
zondag 20 maart 2011
Lentedag
zaterdag 19 maart 2011
Naaizoweinigmogelijkine
vrijdag 18 maart 2011
even wennen
Het witte ei is opeens stuk en blijkt een heel dun schaaltje te hebben en smoezelig eiwit, niet goed dus. We hebben geduld, we denken dat ze echt even de tijd nodig hebben te wennen, voor ze naar buiten kunnen.
We hakken, sjouwen stenen en ruimen brandnetels en steeds als we even boven zijn, gaan we even kletsen met de dames.
woensdag 16 maart 2011
Moe en bang
De haan was toch maar drie keer zo duur ineens, want de prijs die mij gegeven werd, zou voor een jong haantje zijn.
Dit exemplaar is al aardig groot, wel jong en onervaren. De drie kipjes zijn gewoon zo rood als de Barnevelders, de naam van het ras wisten ze niet.
Keurig in een kippendoos die zwaar weegt, dus het zijn grote kippen. De echte kippenstrontgeur komt me tegemoed als ik met de doos op schoot in de auto zit. Ik weet niet hoe lang ze er al in zitten, maar ik zal blij zijn als ze thuis de rustige ruimte van hun hok krijgen.
Daar ruikt Castel me van verre, en terwijl Marc doorrijdt terwijl ik het hek sluit, besnuffelt ze me alsof ik heel de dag in een hondenhotel heb gewerkt. Ze is niet weg te slaan van de doos en wij, die bedenken hoe we de diertjes eens in het hok gaan plaatsen.
We besluiten ze de vuurdoop door de 'kippen guillotine' heen te bezorgen. Om vanuit de hoogte zich te kunnen oriënteren en met een veilige afstand op de met gaas bekleedde muur gadeslaan dat we eten voor ze neerzetten en het water.
Maar niks hoor!
In de doos in de auto tokken ze terug als ik probeer een ontspannen gesprekje met de kippen te starten. De dames kijken me wat suf aan. Jongeheer Haan heeft het al helemaal gehad na de rit, doos volgepoept, zit hij steeds met zijn oogjes dicht met de kop in een hoekje.
Zodra we de kippen het hok in willen laten gaan, verroeren ze zich niet. Ik probeer ze via de brede spleten in de doos richting sluisje te duwen, maar ik krijg er geen beweging in.
Na een paar pogingen, besluit ik ze eruit te halen en ze gewoon in de opening te zetten en ze door het luik te duwen. Het gaat, maar niet van harte; de kipjes zijn gewoon moe en gestrest. Dus krijgen ze eten en drinken terwijl Castel als een kind zo blij enthousiast piept en wil weten wat daar gaande is. Meer dieren is verlies van aandacht, dus doet ze zo blij mogelijk om ook wat van de beleving mee te pikken. Dus mag ze bij ons in het hok naast het gaas ruiken en snuffelen.
Zodra wij het voor ons o zo waardevolle pluimvee tot rust laten komen, zien we de hond dus nog opgewonden van het hoge luikje naar het deurtje van het hok rennen en onder de drempel door kijken in de hoop dat ze wat ziet.
Dat wordt wat als we de kippen voor het eerst naar buiten laten.
Als we even later het licht uit gaan doen voor de nacht, zit de haan alweer te knikkenbollen. Eén kip scharrelt en tokt op de grond. Zij kan bij het eten en drinken. Een foto maken van het vermoeide weggekropen spul vond ik even zinloos. Ook kippen en een haan zijn voor mij geliefde beelden als ik door mijn camera lens kijk.
dinsdag 15 maart 2011
Ontdeugende haan
Ik wilde eigenlijk in een reactie reageren, maar dat wordt een heel verhaal.
In Nederland hadden we het geluk in een vrijstaand huis te wonen met een enorme tuin. Prachtig ingericht, de tuin, met een sloot erom heen, bosstruweel, een promenade deels overdekt door een berceau van blauwe regen, tuinbeelden, een heuse beek en een 'hosta-walk' aangelegd door de vorige bewoners en vormgevers van de tuin. Daar hadden we wat kipjes lopen en een machtige haan die zijn werk erg goed deed; voor de dames zorgen, kuikentjes maken natuurlijk en alarm roepen als er een roofvogel overvloog. Ook vreemde katten joeg hij weg, terwijl de onze ongemoeid bleven en zo de kippen en de haan ook.
Deze kippen sliepen niet in het ervoor neergezette kippenhok. Het was een groot hok met fijne legbakken en stokken. Maar voor geen goud wilden de dames in dat hok en ook de haan bleef er verre van. Alleen egeltjes verbleven er 's winters, onder de legbakken.
Nee, de haan en kipjes verbleven in een uit de kluiten gewassen olijfwilg die zich een weg omhoog baande via een es die erin stond en inmiddels al volwassen afmetingen begon te krijgen. Dit bosje stond naast het konijnenhok, dat m'n lief zelf in elkaar geklust had. Betonnen schuttingdelen als bakken van tesamen zo'n 16 vierkante meter met een gazen bovenkant en binnenbekleding om ons vanuit de woonkamer een zicht te geven op rondhuppelende konijntjes. De serre ramen zaten zodoende vol met a. zand van de gravende konijntjes, en b. kippenstront dat door regen en wind aan de ramen bleef plakken. Doordat we toch een tijd geprobeerd hebben de kipjes gewoon 's nachts in hun hok te krijgen, raakten ze van de wijs en begonnen hun heil ergens anders in de tuin te zoeken. Dus de nesten met eieren verdwenen, want een kip is niet gek, lieve lezers! De haan zag het allemaal gebeuren en vond het prima, maar hij werd ook al een dagje ouder.
Dus van de tientallen kuikens werd 1 op de 3 een haan. En wat voor haantjes!
Ondeugende hanen en ze moesten wel, want wij kregen nog voor het uitbreken van de vogelgriep geen kip te pakken, laat staan een haantje of op stok in een hok.
De buks was een uitkomst en zo zijn er wat haantjes gesneuveld en als soepkip in een pan verdwenen. Later begonnen wij de haantjes te slim af te zijn, onze hersenen blijken nu eenmaal groter te zijn, ook al denken haantjes daar vaak anders over. (Misschien sommige kipjes ook wel.)
Dus heb ik zodoende kippen leren slachten, deels ter voorbereiding op het voor onszelf wonen op een geisoleerd plekje.
Aan ervaring zal het kopen, voeden, onderbrengen, verzorgen, slachten en eten van kip, ei of haan niet liggen. Wel aan waar we wonen en waar we denken op de gewone 'local-manier' kippen te kopen.
Dit ging vorige week als volgt;
"Bonjour madame! Bonjour! Oh la la c'est occupé ici au jourd'hui! Mais oui madame, c'est printemps. En een glimlach van een jonge dame laat me weten dat ik op mijn beurt mag wachten achter twee klanten die elkaar al wat langer kennen, waarvan de één een zakje zaadjes koopt en de ander zonder iets bij de kassa staat en onderwijl even bijkletst.
Ik luister 'ter leering ende vermaack' (zoiets Herman?) en kijk om me heen naar de pamfletten en posters waaruit ik op kan maken dat er heel wat prijsstieren in de regio gefokt en beprijsd zijn en altijd pluimvee voor handen is. Voor informatie moet u bij de kassa zijn. "Prima" denk ik nog.
"Madame?" Ah, ik ben aan de beurt, en met zo'n 5 klanten achter me doe ik klungelig mijn best de catalogus in te zien, waar ik kan kiezen voor het soort kip dat we in gedachten hadden en in een erg goed kippen-boek hebben gespot. (Kippen. door Hans L. Schippers) In de hoop dat de dame die klanten achter me helpt zodat mijn geklungel minder opvalt.
Maar er valt niks te kiezen, de dame bij de kassa pakt het aantekeningenschrift en een pen en kijkt me vriendelijk vragend aan. "Combien?" Nou uhhh trois et un cocq s'ilvousplait.
Ik doe echt mijn best nog te vragen of ik kan kiezen voor een soort race en hoe groot ze zijn en of de haan hetzelfde ras is. Maar niets van dat alles. U besteld drie kippen en een haan, u gaat drie kippen en een haan krijgen. Wel weet ik de dame duidelijk te maken en te laten noteren dat het combikippen moeten zijn en de haan van hetzelfde ras. Combikippen geven minder eieren, maar hebben wel lekker vlees.
Niks geen catalogus. Nee, ik mag ze volgende week woensdag komen halen. Dus de kipjes en haan zitten waarschijnlijk in een doos, komen van een fokker ergens in de regio en het enige dat ik weet dat ik een rode haan ga krijgen voor 3 euro en wat centimes.
Of de haan dus brutaal genoeg is om slangen duidelijk te maken dat ze weg moeten wezen, daar heb ik geen idee van. Of de kippen een lekker flink formaat hebben om tegen een roofstootje te kunnen? Ik heb geen idee. Of de couleuvres hier net zo onder de indruk zullen zijn van kippen als van ons? Geen idee, want ook van ons zijn deze grote slangen allerminst onder de indruk.
Ik hoop op een jonge haan, want die kan dan nog wel wat leren van Cros die nog nooit een kip gezien heeft en nergens van onder de indruk is. Addertjes zijn extreem schuw, maar ook die zijn een onderdeel van deze plek. De couleuvres willen gewoon met rust gelaten worden, dus liever geen ondeugende haan, want dan blijf ik om cocqes rouge vragen bij de Point Vert.
Dus ach, ervaring genoeg, maar je hebt het hier nu eenmaal niet zo voor het zeggen.
kroketten
Foto's
De vorderingen aan de muur achter de secadou. Af en toe plaatst m'n lief er een hele grote tussen, die we met de stenen slede naar de werkplek slepen en vanaf daar via een geimproviseerd systeem over een plank naar z'n plek manouvreren. Een sling gaat als kadolint om de steen, de sling zit met een lus aan een dubbele lange lijn en gaat via een klimachtje en nog eens een sling naar de trekhaak. Ik laat het touw vieren en Marc stuurt bij. Veilig en rustig aan.
Abrikozenbloesem op 15 maart!! Nu maar hopen dat geen lentestorm, nachtvorst, hagelbui of hongerige insecten de bloesem geweld aandoen.
Cros pest me enorm tijdens het naaien van 9.5 meter schaduwdoek. Als spelden om het koort in te rijgen gebruik ik wasknijpers. Die wasknijpers krijgen zijn vacht te pakken, als ik snel genoeg ben. En dat kan ik zijn! Maar na 2 seconden bijten naar de onbereikbare wasknijpers in zijn manen, geeft Cros het op en gaat wat liggen dutten.
zondag 13 maart 2011
Opening
woensdag 9 maart 2011
Opwarming
maandag 7 maart 2011
Ecological Footprint
http://www.footprintnetwork.org/en/index.php/GFN/page/calculators/
Wij scoren 1.4
schrikken
Net als veel andere insecten en dieren, heeft de wants (zie foto) een heel slimme manier hun belagers te verjagen. Heel groot of klein, het maakt de wants niet uit. Hij verspreidt een wel heel kwalijke bittere geurstof die ook mensen terug doet deinzen. Voor zover ons bekend doet de wants dit alleen met een geurtje. De wantsen hebben bij tientallen overwintert in de woonkeuken. Maar dat Cros er zo'n heftige reactie van zou hebben, hadden we niet verwacht. Het blijft dus een raadsel wat er is gebeurd.
We kunnen de katten niet beschermen tegen een adderbeet. Misschien door in het verre noorden van Europa te gaan wonen. We hebben ons echter wel goed gerealiseerd dat het hier gaan wonen andere risico's met zich mee brengt, als het wonen in bebouwd gebied waar de natuur geen ruimte meer kan hebben. Dat is een andere vorm van veiligheid.
Hier ervaren we een veiligheid op een ander nivo die ons meer waard is dan het zeker weten dat onze huisdieren niet gebeten kunnen worden door insecten of slangen. Dat klinkt misschien vreemd, maar hier kunnen we beter voor onszelf zorgen, zodat onze huisdieren ook betere zorg krijgen.