zaterdag 31 juli 2010
Lang weekend
Marc heeft een afspraak met de huisoppas uit Nederland die met het hele gezin deze regio aandoen tijdens een vakantierit door het zuiden van Frankrijk.
De afspraak is om even de koppen bij elkaar te steken hoe het nu verder moet met de zorgen voor het huis in Nederland en om eens goed bij te praten zonder dat er een 1150km lange telefoondraad tussenzit; met oogjes!
Ik eet de verdraait goed gelukte knoflooksaus op met alle rauwkost die nog in de groentelade ligt, neem een douche en ga lekker naar bed, ... om half 8.
Marc maakt me rond half 11 nog even wakker en kletsen beneden nog een uurtje.
Uiteraard kom ik er vrijdag pas na 8 uur uit en heb het gevoel nog lang niet uitgeslapen te zijn.
Maar met het weekje Nederland volgende week waar ik 's nachts naar toe rijd met de gevonden lift, zal mijn ritme toch wat verstoord blijven. Het is alles de moeite waard.
We rommelen als vanouds en komen zo lekker tot rust. Ik ben nog niet bijgetankt en de stilte na het vertrek van iedereen is toch weer een gat waar we even in terechtkomen. Mijn hoofd is vol van alle dingen die echt nog even gedaan moeten worden en toch doe ik deze dag alleen waar ik zin in heb, inclusief die was en SecondLife werk.
Toch ben ik rond 10 uur gewoon moe en ga net zo vroeg naar bed als Marc. Hij slaapt deze zaterdag uit, terwijl ik al lang vertrokken ben naar de supermarkt voor de maandboodschappen.
Voorlopig dus geen spannend nieuws, geen hectiek, geen onverwachte bijzonderheden, maar gewoon die M&M die maar wat aanrommelen met volgende week een lange week echt weg.
donderdag 29 juli 2010
Moederen
De BBQ viel een beetje in het water, door een geschilletje met m'n lief over ons nieuwe project in SL, de weken met bezoek en gasten, het weer en zoveel meer factoren, moest de stoom van de ketel en de fluit op die ketel houden lukte niet meer. Ik probeer de spanning nog te breken bij Marc, wat me niet lukt. Nog voor het vlees gaar is, word ik echt misselijk, alsof ik ergens de buik vol van heb. Letterlijk met taboulé en eigen komkommer die een gevaarlijk bittere smaak heeft, nachtschade familie.... maar hij zag er zo goed uit. Ziek vertrek ik naar boven en laat Marc en Edith verder eten, wat zij prima kunnen, beetje spanning maakt hen wel hongerig. Boven neem ik een douche en duik mijn bed in, maar ik blijf misselijk en alle stoom is nog niet van de ketel. Als ze weer boven zijn, wil ik toch een potje thee om m'n buik tot bedaren te brengen en praat met Edith, die zich natuurlijk ook wat ongemakkelijk voelt. Ook omdat Marc niets gezegd blijkt te hebben en nu is gaan wandelen net voor bedtijd. Ze gaat wijs vroeg naar bed en M&M praten wat. Ik heb niet alleen de buik vol van het eten en ons geschil, ik ben gewoon flink overwerkt. Ontzettend moe en zo dat ik in de meest gewone dingen geen zin meer heb.
"Hoe dit komt", vraagt Marc. Ik kan alleen maar zeggen dat ik alles dat ik doe hier en het zorgen voor gasten, het krijgen van bezoek, ontzettend leuk is, maar nergens anders aan toe kom. Dat al mijn dingen, mijn werk, dat wat ik voor mezelf doe erbij inschiet.
Hij noemt het moederen en moeders zetten zich toch doorgaans op de 2e of 3e plek... Dus ik voel me opzich heel goed bij het moederen. Het zorgen voor onze beestenboel, de moestuin, huis en zaken in SL. Het moederen over m'n lief is nog het fijnste, dus na veel bezoek en het hebben van gasten is ook dat een beetje op de achtergrond geraakt. Zou ik dan toch een tikkende biologische klok hebben? Zou mijn klokje zo van zich laten horen? Zou ik dus in mijn eentje nu geprobeerd hebben voor een compleet 'weeshuis' te zorgen zonder dat ik me dat beseft heb? Noem ik het 'overwerkt' terwijl ik door het zorgen te moe ben geworden?
Marc denkt van wel en ik kijk hem nadenkend aan met de bekende vermoeide blik. Ik voel me er ongemakkelijk bij; een biologische klok hebben, te veel gemoederd hebben zonder dat ik daadwerkelijk kinderen heb of deze zou willen.
Ik heb altijd gedacht dat die klok zich op een andere manier zou manifesteren, als het verlangen om babykleertjes te kopen of om met een kleintje lekker te tutteren zoals mijn moeder gedaan heeft. Of kijken naar moeders met hun kroost en hetzelfde verlangen als ik ze zie lopen op de markt, bepakt en bezakt met flesjes, doekjes, babytassen met luiers, de maxi-cosy en aan de andere hand een iets groter kleintje dat dreinend achter mams aan moet rennen en een knuffelpopje op straat laat vallen om het vervolgens op een brullen te zetten. Nee, die vorm van een tikkend hormonaal klokje is mij werkelijk vreemd. Maar deze zegt mij hetzelde; het willen zorgen voor het mooie om je heen, voor de mensen die ook van mij houden, graag om me heen zijn en zich afhankelijk van me opstellen. Terwijl Marc me welterusten heeft gewenst sjok ik ook maar naar boven, waar ik onder het laken kruip om nog even te lezen. Met vermoeide ogen knip ik het licht uit en denk verder over wat we uitgesproken hebben. Dat ik geen balans heb in het zorgen voor anderen en mezelf, in de drang tot moederen zonder kinderen, of ik echt geen kinderen wil of alleen maar denk geen gezin te willen stichten. Over hoe ik mezelf toch die balans kan geven. 's Winters is deze er wel, maar dat is even makkelijk zonder groeiseizoen in de moestuin of extra maaiwerk. Dat is even makkelijk zonder bezoek omdat de gorges gewoon gesloten is en er alleen wat dieren en een man zijn om voor te zorgen...
Om 0:45 breekt er weer oorlog uit beneden tussen Joppie en Aai en om erger te voorkomen ga ik mijn bed uit om even voor politie-agente te spelen. De terrorist heeft me de trap af horen komen en is natuurlijk al gevlucht. Ik blijf even beneden zitten en drink wat water, m'n knoflooksaus was zo goed gelukt, daar krijg je wel dorst van, maar ik boer nog steeds eten op.... Er moet toch iets niet goed zijn geweest.
Dus nog vermoeider dan ik naar bed ging sta ik om 5:15 op en ga naar beneden waar Edith de koffie al klaar heeft en Marc aanschuift om de dag toch met z'n drietjes te starten.
Hij knuffelt haar gedag en drukt mij op mijn hart dat als ik moe ben gewoon van de weg af moet gaan om te slapen. Ik had het mezelf al beloofd, desnoods pak ik een hotelletje en maak ik er een fijne dag van voor mezelf. Matje, slaapzak en een rugtasje met wat kleding en een toilettas gaan mee.
Het is flink bewolkt wat het rijden heel prettig maakt, een spatje regen frist het op en ik hoef niet te knijpen met mijn dikke ogen tegen het zonlicht.
De dame bij wie Edith instapt is lief en alles verloopt soepel zodat ik zo weer op weg ben richting huis en hen de snelweg richting Limoges op zie draaien. Ik neem me voor na Tulle bij een grote supermarkt goedkoop de tank vol te gooien en daarna te lunchen in Argentat. Dromerig maar weg-alert rijd ik door de Dordogne vallei. Na het tanken ga ik toch de super in voor een flesje drinken en ik loop rustig langs alle schappen, inclusief het witgoed. Maar er staan geen fijne koelkasten tussen en ik besluit zo'n groot ding maar op het internet te kopen bij de bekende grote winkels als een Conforama, Marc haalt hem dan wel op zodra we te horen krijgen dat hij binnen is.
De uitverkoop van kleding laat ik niet aan me voorbij gaan. Voor 2 tientjes heb ik een broek, BH, truitje, blouson en t-shirt, hoezo troost-aankopen??
In de auto trek ik de eerste drie aan, ik frummel me achter het stuur in de strakke stretch kuithoge spijkerbroek, BH en tricot zeeblauwe truitje, het past perfect en met de witte supermarkt klompjes ben ik wel heel frans gekleed. Nu dat hoogblonde haar nog....
Op naar Argentat, nog geen 20 minuutjes verderop.
Daar is het een waar toeristisch oord voor Nederlanders. Niks erg, maar ik negeer wel de grote parkeerplaatsen en parkeer de grote rode bak in een nauw tussenstraatje vlakbij het centrum en bedenk me dat ik me een francaise voel. Eén blik in de spiegel is genoeg om me te vertellen dat ik absoluut geen francaise ben.
Ik loop het centrum verder in waar een grote markt is, zo één waar ik als kind-op-vakantie in Frankrijk zo gek op was. Afrikaanse koopwaar met lome Afrikanen die wat achter hun kramen hangen, producten uit de regio, alternatieve etenswaren, biologische groenten waarvan me 1 tafeltje opvalt met een dame die ernaast zit en nog1 mandje heeft staan met twee-worteltjes. Worteltjes die zich onder de grond in tweëen hebben gesplitst, ik wist niet dat het serieuze koopwaar was. Ik koop mijn lievelingswierrook dat ik nog nergens te koop heb gezien sinds ik in Frankrijk woon. Nog een 'missing link' voor het presentje dat ik eerder kocht voor mijn ouders. Ik hoor veel Nederlands om me heen en waarom weet ik niet, maar ik pik de Nederlandse toeristen er zo uit; poepbruin, hempjes, kuitbroeken (veelal wit) slippers en sportschoenen en sportieve shirts met heuptasjes vol en op de buik gedragen. Zo typerend en ik moet een beetje glimlachen, het toerisme in deze streek veranderd niet, dit moet al decennia hetzelfde zijn. Ik voel me super frans, geen toeriste.
In een hoek van de markt ruikt iedereen wat ik ook ruik; een abatoir!!
Mensenhemel, wat is dat vies! Ik zie een jonge meid met haar hand voor haar mond achter een busje vliegen en gezinsleden lopen haar achterna. Overal opmerkingen, je zult je kraam hier maar hebben staan heel de ochtend. Na 10 minuutjes heb ik het wel gezien en ik kijk opgelucht naar de bewolkte hemel, een lust voor vermoeide ogen.
Nu ik zo alleen op pad ben, geen afspraken heb, 'Marc's zegen' om even te gaan en te staan waar ik wil, kom ik al wat tot rust. Ik geniet van dit plaatsje, kwa architectuur of bezienswaardigheden is het niets, enkel de ligging zal het wel aantrekkelijk maken voor toeristen. De Dordogne stroomt door de stad en heeft een lange boulevard aan de waterkant met ruime tuinen van grote huizen waarvan alle luiken gesloten zijn. Er drijft bloeiende waterpest op het stromende donkere water, wat een prachtig effect geeft. De vakmanshuizen hebben hun typerende pleisterwerk, allemaal in lichte kleuren geschilderd en houten balkons gedragen door driehoekige balkenconstructies. Niet één ervan is niet versiert met volle bloembakken in de meest mooie kleurcombinaties. Het zomaar op deze brug staan is geweldig terwijl de zwaluwen voor mijn blikveld langs vliegen en de duiven klapperend op de peilers landen om wat rondjes te draaien voor ze weer een ronde doen richting de paar terrassen op de boulevard.
Het moet hier prachtig en romantisch wandelen zijn 's avonds met de lantaarns aan en maanlicht dat weerkaatst in het midden van deze bekende rivier.
Op de terugweg naar het centrum op zoek naar een restaurant, vraag ik bij l'office du tourisme naar een internetcafé. Dat zullen ze hier toch wel hebben?
Maar nee, ik kan wel bij het gemeentehuis een pc'tje huren voor 1 euro per uur, maar die gaat zo dicht.
Dan eerst maar eten en ik strijk neer bij het enige echte restaurant op het grote plein in mijn lievelingskleuren; bruin en appelgroen, onder een enorme plataan, een prachtig bejaard en goed verzorgd exemplaar. De kaart biedt meer dan 10 salades, maar allemaal met kippenmaagjes, slakken of Foie gras en in gedachte aan zo'n maaltijd speelt mijn maag weer op.
Het menu met drie gangen ziet er beter uit. Zou ik dat kunnen? In m'n up gewoon uitgebreid uit eten, buiten midden op het terras, te kijk en al?
Ik verbaas mezelf dat ik die gedachte alweer vergeten ben voordat ik m'n tafeltje kies. Ik merk dat ik de ober in verwarring breng door mijn te goede vakantiefrans, franse outfit, het feit dat ik alleen ben en me blijkbaar perfect thuis voel op dit terras. Hij wil de kaart nog voor me uitspellen, maar in vlot frans vertel ik hem mijn keuze en settle me in de comfortabele stoel met uitzicht op het plein waar alles voorbij komt dat het plaatsje aandoet.
Het waterglas is vies, resten lipstick probeer ik er met een servet vanaf te poetsen, maar het lijkt wel kauwgom of verf, het lukt het servet niet. Dan maar een glas van de tafel ernaast bij schitterende afwezigheid van de jongeman die ik zo in verwarring bracht. Als hij later mijn lege bordje komt halen en vraagt of alles naar wens is wijs ik hem op het vieze glas en op de lege plek op de tafel naast me. Hij verontschuldigd zich en ik krijg de rest van de maaltijd een wel heel sjieke bediening en wijn van de zaak. (eentje maar, want ik heb nog niet besloten of ik wil gaan rijden vanmiddag) Mijn repas bestaat uit; een tonijnsalade met tomaat, Sauté de Veau met tagliatelle en toe de aller- allerlekkerste Crème Bruleé ooit. Ik schraap het schaaltje leeg en voel de behoefte het uit te likken, wat ik mezelf echt moet verbieden. Het terras is erg vol halverwege de lunch en ik ben niet de enige die alleen een maaltijd gebruikt. Ik neem alle tijd en na de koffie zijn er al weer veel tafeltjes vrij. Ik had geen afleiding, geen Nederlands krantje, geen gesprekspartner, geen mobiel bij de hand, niets; wat een rust!
Ik geniet van een tussenstatus; geen toerist, geen francaise, niet compleet ingeburgerd en ook niet in den vreemde.
Waarom kan ik dit in Frankrijk wel en in Nederland niet? (Kun je eigenlijk in Nederland tussen de middag uitgebreid uit eten?)
Na het betalen ga ik toch maar even mijn mobiel uit de auto halen en loop terug naar de straat waar de Marie Annexe is. Via een zijstraatje moet ik een poort door, een deur door waar een kartonnen bordje met een pijl zegt dat dit de entree is.
De eerste ambtenaar die ik zie spreek ik aan, een vriendelijke kleine vijftiger, wat kalend, die me zenuwachtig een heel klein kantoortje in leidt waar 4 werkstationnetjes staan op hele kleine bureau-stoeltjes en een tafel met voorraad computers, printers en beeldschermen. Als het kantoortje met een hoog plafond en een gesloten raam 2,5 bij 3 meter is, heb ik niet overdreven zo klein.
Hij zoekt er 1 uit die al aanstaat en logt voor me in.
Daar moeder ik over mezelf door dit bericht te typen. Mijn belevenissen van afgelopen 24 uur, hier dus, laat ik al mijn gedachten los door ze vorm te geven met een paar vingers die de toetsen raken, langzamer als dat ik denken kan op een duits toetsenbord. (Daarop zitten alle tekens en letters op een andere plek. Als je gewend bent veel tekst te typen is het lastig en in blogger heb ik geen spellingscontrole.)
Toch maar geen hotel nu ik op ruim anderhalf uur rijden van huis ben. Ik heb mezelf deze dag kado gedaan en beloof mezelf er nog een aantal, tot ik dinsdagavond mijn lift neem naar Nederland waar ik een klein weekje blijf om een feest te vieren, om opa op te zoeken en hopelijk nog wat lieve vriendinnen te zien als ze niet net ook op vakantie zijn. Ik beloof mezelf even niets te doen dat me tegenstaat, niets te ondernemen waar ik eigenlijk geen energie voor heb, mezelf niet te overvragen en geen wekker te zetten vòòr 8 uur. De avonden zijn voor mij, voel ik me op mijn best. Met Marc gezellig vroeg op voor hij naar zijn werk gaat is voorbij, hij stopt er na volgende week tenslotte mee, terug naar zijn eigen ritme en ik terug naar het mijne. Even geen gasten meer en net als alle mensen; vakantie vieren.
Want welke moeder kan nu moederen als ze niet goed voor zichzelf zorgt??
Moeders is moe van het moederen, over mezelf moederen is ook wel eens even lekker en m'n lief een volwassen man, makkelijk voor moeders.
Ik reken zo 2 euro af bij de dames die ik al 2 uur hoor babbelen in hun kantoor en laat het bedompte hokje voor wat zij is. Ik geniet na van het niet-toeriste zijn, dat ik mijn weg zo makkelijk weet te vinden en de Nederlanders op de camping vanavond fronsend naar hun labtop-beeldscherm zie kijken waarvan de WiFi-verbinding toch niet zo stabiel is als dat in de brochure stond vermeld.
woensdag 28 juli 2010
Rustig aan vlinderen
We zullen haar missen, het wordt nog stiller hier en de frisse wind zal verdwenen zijn, de koffie-service tijdens onze pc-werkzaamheden, de hulp met de dagelijkse werkzaamheden, de onderzoekende nieuwsgierige dynamische geest die hier aanwezig is zal een herinnering worden, terug te halen door het kijken van foto's en het bed dat we in de bar laten staan voor de te warme nachten. Ook onze balans zal wel weer terug zijn, geen vragen meer over ons reilen en zijlen, de regelmaat en structuur. Dat komt onze eenheid wel ten goede, we zullen met veel plezier de afgelopen 3 weken na laten galmen en hebben gespreksstof voor wat maanden, maar toch.... Het is ontzettend leuk, een extra mooi mens in huis te hebben die gewoon mee kan draaien in ons leven en daar weinig moeite voor hoeft te doen.
Edith is voor ons als een jonge mooie vlinder, onmogelijk te vangen en te houden in een mooi onderkomen, geen plek is haar al voorbestemd. De vrijheid is haar net zo dierbaar als de onze en hier zo uitvergroot, zal zij thuis weer een tijd moeten wennen aan het gebrek daaraan. Maar deze slimme meid is wel op haar toekomst voorbereid.
dinsdag 27 juli 2010
Rood = Gevaar
maandag 26 juli 2010
Het moestuin mysterie
Dit jaar hebben we getuinierd met de maan, zijn we bijtijds begonnen, hebben we de grond beter doorgespit, bemest met ezelmest en as. Heb ik alle boekjes erop nageslagen om te voorkomen dat ik groente op het verkeerde tijdstip op de verkeerde manier voor zou laten kiemen.
Bijtijds heb ik regelmatig onkruid gewied en plantjes uitgepoot en opgebonden.
Niets mocht baten.
Wat wel lukt zijn U-vormige komkommers en courgettes zo groot als puberdijen. (kon even geen betere vergelijking vinden, raar toch)
De planten groeien prima, vooral bladvorming gaat als een speer. Bij de boontjes dan, de broccoli en koolplanten zijn gestopt met groeien, hebben allemaal gespikkeld blad en vormen geen vrucht of bloemen. Ook de bonenplanten groeien tot in de hemel, maar geen bloempjes. De paprika's zien er prachtig uit, de plant zelf dan, maar geen bloemen en dus geen paprika's. De uien zijn op maaihoogte vroegtijdig verrot, dus de uitjes zijn gestopt met groeien en de sprieten liggen verdord en al verdwenen op de veldjes. De preizaadjes wilden wel boven de grond uitkomen, maar waren opeens weg, helemaal weg. De slakken heb ik dit jaar gevoed met maairommel en eco-korrels, ook die zijn de boosdoeners niet.
De fruitbloesems zijn bevroren geweest, of door hagel en stormen verwaaid voor de gevleugelde beestjes ze konden bestuiven. De wortels krijgen zich niet verder in de grond en de sla en spinazie waren in 2 dagen niet alleen uitgeschoten maar zelfs uitgebloeid.
De aardappels gaan wel redelijk, dus wachten we met het oogsten van het 2e veld en piekeren we verder hoe dit nu kan. Wel groei, maar geen bloei. Wel een bloempje hier en daar (in de meloen- en pompoenplanten zelfs veel) maar geen vruchtvorming????
Aan alles is juist gedacht en andere moestuinen in de omgeving staan er prachtig bij.
Is het de lange regenval? Te weinig zonuren? Te veel kou tot in juni? De aswolk of iets anders? Ook 1-jarige bloemen groeien tot hoog boven hun normale hoogte, maar geen bloemen, of eentje dan, toevallig. Zelfs de lavendel op het zuiden tegen de keukenmuur aan bloeien nauwelijks en niet.
Voor ons is dit een mysterie, nu nog een orakel zien te vinden....
zondag 25 juli 2010
Terug in de tijd & ontdooien
De slaapkamer
De woonkeuken
Hij heeft wel goede voornemens om sneller met pensioen te gaan als gedacht en hier vaker en langer tijd door te brengen. Het misschien wel verhuurbaar op wil knappen, maar och, wat een enorm werk ligt er nog in het verschiet.
Castel moet ik in de bak van de auto doen, want ze gaat het liefst gelijk weer mee naar zijn huisje.
Het blijft genieten om daar te zijn, te zien en te beleven dat we snel geneigd zijn hoge eisen te stellen aan het wonen, het leven zelf. Dat we ons zo veel beperkingen opleggen en moeilijker doen dan nodig is. Het is dan misschien een vies huis, maar de mens die er woont absoluut niet. Het servies, het eten en drinken, dat is schoon!
Thuis ga ik eten koken en bedenk hoe ze zo thuiskomen, vol met verhalen of juist niet. Hoe ze hun avontuur beleeft hebben en dat ze twee verschillnde mensen zijn die veel hetzelfde beleven, maar toch ook zo veel verschillen van elkaar. Op de één of andere manier ben ik jaloers, of nee, verdrietig dat ik wat gemist heb. Of toch niet? Dus wil ik eerst hun eerste uiting van de afgelopen dagen horen, wat ze gedaan hebben en hoe het was, de natuur, de plekken waar ze hebben overnacht en of de zee nog een sterke uitwerking had op Marc.
Die zee mist hij, enorm, en het zeeklimaat des te meer. Toch concluderen we beiden hetzelfde als we kijken waar we nu wonen, een unieke plek, de beste plek met zoveel voordelen in vergelijking tot alle andere plekken in dit schitterende land.
De auto wordt uitgeruimd, de eerste was draait, we eten met elkaar een lekkere hap rijst met groenten. Marc en ik gaan even 'ontdooien' door samen naar de rivier te wandelen terwijl Edith drie dagen reizen van zich af doucht en bijslaapt.
Als M&M zonder elkaar wat dagen doorbrengen, thuis of elders, lijkt de eenheid die wij zijn even de ijskast in te verdwijnen. Dat klinkt negatief, ook voelt het zo een beetje en het zal de reden zijn dat we niet graag langer dan een week zonder elkaar zijn. Het ontdooien is nodig, voelt fijn en we komen zo snel weer tot elkaar.
Blaffende hond
Ik zat te werken achter de PC toen ze opeens een paar keer blafte en ik zo de tijd had om een shirtje aan te trekken en naar buiten te gaan waar ik haar aantrof halverwege de oprit en ik achter haar Simon aan zag komen op de fiets, Marc's fiets.
Ze blafte!!!!!! Dit is geweldig!!!!!!!!
Leuk dat hij deze middag even aan komt fietsen. We gaan aan de wijn nadat ik Castel heeeeeel veel complimenten-knuffels geef. Na een glaasje gaan we het zwembad in om hem stoeltjes uit te laten zoeken. De fluitketel vindt hij ook handig en een heel sjieke kop en schotel gaan ook mee. De stoeltjes brengen we later wel naar boven, denk ik nog.
Na een middag borrelen en een boterham, gaat Simon weer op huis aan. Het breekt mijn dag en hij gebaart dat Castel wel mee mag rennen. Een leuk uitje voor haar.
Rond half 9 belt hij om te zeggen dat Castel niet naar huis wil en dat hij het nog 1 keer gaat proberen om haar naar huis te sturen. Maar ik vermoed dat ze daar geen harige oortjes naar heeft.
Ik bied aan haar wel te halen, morgen... Dus zo na de koffie, heb ik een leuke wandeling naar boven, met 2 stoeltjes.
Edith en Marc proberen voor de middag thuis te zijn na een flinke rit van 650 km naar de zee en via leuke omwegen naar huis. Ik ben heel benieuwd naar hun verhalen....
zaterdag 24 juli 2010
11 uur
Ik raap alle lege flesjes bij elkaar en vul weer een vuilniszak met huisvuil. Dat gaat harder met drie of vier mensen in huis. Na lunchtijd ga ik alle vergeten spullen brengen, de zeegroene kopjes, afstandbediening, WII papieren, om daarna een baal kattenvoer te halen en de auto vol te tanken. Wat kun je toch veel doen op een lange ochtend!
Bij thuiskomst heb ik zin in een filmpje, zodoende beland ik op de bank met chips en een borrel. Ik heb nergens meer zin in vandaag, zie op tegen het SL werk, vergeet koffie te zetten en krijg eind van de middag hoofdpijn. Die borrel kan het niet zijn, een goed glas port in plaats van de goedkoopste die normaliter in mijn glas belandt.
Ik mijmer nog even op het terrein en speel met Castel die inmiddels heel erg goed takken kan apporteren, blij beest. Om 8 uur is de dag voor mij wel zo'n beetje klaar en niemand die dat vreemd vindt, nog wat wil doen, of nog geluid wil maken beneden. Dus sluit ik alles af en ga lekker naar bed. Marc belt me nog mobiel, die wil nog vertellen dat ze net in zee hebben gezwommen en dus de atlantische kust bereikt hebben. Ik wil wel enthousiast reageren en vragen, vragen, vragen, maar ik lig te slapen en hang weer op.
Morgen of zondag ben ik er helemaal voor hun avontuur, deze dag is voor mij, inclusief het vroeg naar bed en lekker slapen.
11 Uur later word ik pas wakker. Helemaal fris! Dit had ik echt even nodig.
vrijdag 23 juli 2010
seul
donderdag 22 juli 2010
De knoflookman
Gisteren op de Vide Grenier, midden op het plein in z'n up staat een bekende gele vierkante parasol. Twee tafels met een vaal kleedje, zijn bedekt met bossen knoflook en de bekende strengen, samengebonden met gedroogde knoflookstengels of touw. De zijkanten van een flinke kartonnen doos zijn met een vette viltstift beschreven; l'Ail. Ik verwachtte de forse behaarde knoflookman, dezelfde man die op de markt in Lo Mur altijd aanwezig is, met pens en opengeknoopt vaal gekreukt overhemd waar een pakje gauloises uit het borstzakje steekt.
Tot mijn stomme verbazing zit er een leuk heerschap op het krukje die om de vijf seconden 'l'ail' roept. Hij lacht me breed toe en hoopt dat hij een klantje heeft. Een man van eind twintig met een rij witte tanden in een bruin gezicht, frisse kop met donker krulhaar.
Ik koop geen knoflook, maar vraag hem wel of dit dezelfde knoflook is van op de markt op donderdagen, alle donderdagen, zomer en winter. "Ja hoor, dat is mijn paps". (Wat heel leuk klinkt in het frans)
Ik vraag hem of hij er morgen ook is. De man en ik hebben elkaar goed leren kennen afgelopen jaar, maken altijd een praatje, grappen wat met de groentenkraam waar hij naast staat. Anders wel met de wijn- en olijvenman, waar de flinke wat viezige man nog wel eens zijn kraampje opzet om wat meer in de schaduw te staan.
Ik wil nu eindelijk wel eens een foto van deze markante persoonlijkheid, je gaat je hechten aan zulke mensen en ik leg uit waarom ik een foto wil maken.
Ik schreef een tijd geleden over de knoflookman het volgende;
De knoflook-man is een kerel apart met zijn wel zeer corpulente lijf versus een kleine gestalte. Zijn hoofd lijkt veel te groot op het propperige lijf, zijn gelaatskleur is bijna grijzig en zijn onderkin bijna groter als zijn hoofd. Grijze haren en een stoppelige kin, waar je dus veels te veel van kan zien. Vriendelijk is hij wel en ik wil graag zijn bos met 3 kilo knoflook. Nors is hij zomers, hij heeft een hekel aan de toeristen en passanten die hier niet wonen. Zodra hij weet dat je hier hoort, slaat hij om als een blad aan een boom. Ik krijg de bos voor een tientje, het gescheurde karton eronder verteld dat ze 12 euro kosten. Dat blonde haar doet het hem dus nog goed, of mijn status als 'blijvertje'?
Vandaag is het marktdag. Het regent dat het giet. Ik heb afgesproken met Simon dat ik hem op het bospad oppik, hij zit er nog geisoleerder dan wij, zonder electriciteit of waterbron (die droogt op zomers) en auto. Met alleen een geleende fiets is het zwaar om even naar de markt te gaan. Hij vergat zijn regenjasje, dus redelijk verzopen ziet hij eruit, als Edith opschuift naar het middenstoeltje. Maar toch blij dat we hem die lift kunnen geven en hij dat hij eens wat meer boodschappen kan halen.
Ondanks de regenval is het ontzettend druk op de markt, een grote ge-pluude menigte en we gaan ons weegs. Eerst kopen we een verse warme farcous en peuzelen hem op onder een marktparasol. Daarna even naar de apotheek voor een ditje en een datje. (Rescue creme van Bach-remedies staat wel in hun database, maar is onbestelbaar als onbekend product) We kuieren langs de kraampjes met heerlijke streekproducten en Edith koopt wat lekkers voor in Nederland. Ik zie geen knoflookman op zijn oude stekken, dus koopt ze knoflook bij de wijn-olijvenman die zijn knoflook aanprijst als zijnde veel beter en maar ietsjes duurder.... natuurlijk. Mooier ziet het er wel uit, maar ik ben verknocht aan de knoflookman met zijn super zachte sappige mooie bollen goedkopere knoflook, de grapjes en de praatjes.
Als we richting de super lopen, staat hij weer op een andere plek, tegen een grand-café aan met naast hem een kraam met mooie sieraden. Ik sta paf, de mooie jongen onder de gele parasol van gisteren is nu de mooie jongen bij de sieraden... Ik schiet in de lach, dus zo doen ze dat!
Ik word weer vriendelijk onthaald en hij vraagt me voor de zoveelste keer hoe lang ik hier wel niet verblijf zomers, 3 maanden, 4? of toch 5? Dus leg ik hem nog een keertje uit dat we hier toch echt het hele jaar door wonen.
Zijn vrachtwagentje lijkt aan de binnenkant een houten huifkar, zijn knoflook ligt er rommelig bij, vaak nog met alle vellen en de modder erop.
Ik vertel hem van de net gekochte 'super' knoflook bij zijn concurrent, dat hij wegwuift want zijn knoflook is puur natuur, onbespoten. Edith slaat deze man gade en vormt haar eigen mening. (een vrolijke levensgenieter) Zijn zoon heeft gisteren natuurlijk verteld van die vrouw in die zonnenbloemjurk en toevallig komt Simon eraan die een foto van ons drie neemt.
Eindelijk, de man is vereeuwigd. Hij is wel zo nieuwsgierig dat hij het weblogadres wil. Nu maar hopen dat hij ook wegwijs weet met vertaalprogramma's.
woensdag 21 juli 2010
rommel
Zodra ik beneden op de computerknop druk, begint het buiten te donderen; onweer. Dus de apparaten gaan gelijk weer uit en ik drink met Marc een mok koffie, terwijl de donkere ochtend veel regen belooft. Ik ren in mijn zonnenbloemjurk (een hele aparte) naar de auto om de klep dicht te doen, want zo regent het in en de Larousse-enceclopedy mag echt niet nat worden vlak voor de verkoop. Uberhaupt niet...
Met dikke ogen van het gebrek aan slaap vertrek ik om half 8 naar het dorp, een uur eerder als de Vide Grenier in Lacroix. Dit keer met nog meer spullen en geen uitpak-hulp. Daar aangekomen begint de dag met de opmerking dat mijn auto het dorp niet in mag, want mijn vriendin is al gesignaleerd met haar spullen. Slaperig en al moe leg ik uit dat ik de achterbak vol heb met eigen spullen voor de verkoop en rij gewoon om de knul heen. Alsof de markt al 2 uur aan de gang is, ik ben 1 van de laatste!! De gereserveerde 5 meter zijn gereduceerd tot een ruime 2 meter door de pinnige dames aan de andere kant van de straat. Met de moed in de franse slippers zet ik de auto midden in het straatje en start gewoon met uitladen tot de auto leeg is. Ik zet ook maar wat spullen neer aan de overkant van de straat op de stoep van een oudere dame die het hier eigenlijk niet mee eens is, maar geen zin heeft om met buitenlanders in discussie te gaan. Later maakt J, een dorpsgenoot en vriendin/buur van R&K dit wat goed door een babbeltje te maken met mevrouw. We zien en horen haar de rest van de dag niet meer. J&P, vrienden van R, helpen en redderen de hele dag mee en letten op mijn toko'tje als ik even wat te eten haal en ook een rondje rommel-kijken loop. Ik maak bijna 10 meter vol met de overkant erbij en negeer de blikken van de pinnige dames.
Ik ben er niet helemaal bij vandaag, verkoop dingen ver onder hun waarde, maar ben blij dat ik het niet in een container hoef te gooien. Ik snij vast 3 stukken folie voor als de regen arriveert en leg ze klaar. Geen zonnenstraal te zien vandaag, wat me oplucht. Ik ben al niet wakker en om dan op de opgewarmde stenen straat te zitten zou niet te doen zijn. Ik ben zo moe, dat de hoog geirriteerde eigenaar van een pand-in-verbouwing me niet kan raken met zijn gedrag als hij me wegstuurd -met stoel en al-. Ik zit pal voor de voordeur, ingeklemd tussen tafels vol spulletjes, kan geen kant op. Het doet me vandaag eens even helemaal niets. Dit geldt voor alle negatieve prikkels. Soms is mijn beschermingsmechanisme echt subliem!
De positieve prikkels komen juist dubbel binnen; de mannen op het terras die een 'aperootje' nemen warmen zich denkbeeldig aan de grote zonnenbloem op mijn jurk, ter hoogte van mijn borstkas. Het is een ecru-jurk, heel simpel kwa model, wijd en lang met een strak lijfje en precies 15 jaar oud. Daarop die grote zonnenbloem en het mag dan een eenvoudige jurk zijn, wel één die opvalt en glimlachjes en reacties tovert. Bijna alle mensen die ik heb leren kennen afgelopen jaren zie ik voorbij komen, iedereen is vriendelijk. (Toch een uitzondering; mijn voelsprieten bespeuren wel wat naweëen, maar ik ben daar echt ongevoelig voor vandaag.) Ik verkoop niet best, maar goed genoeg. Eind van de dag zijn de opbrengsten als de vorige keer dankzij de verkoop van de WII. Wij WII-en hier dagelijks zonder WII, dus dit luxe speeltje mag de deur uit.
Gedurende de dag fris ik iets op, voel me gesteund en geholpen, begrepen. Edith en Marc komen eind van de middag mee opruimen. Ik begin voortijdig met dingen weggeven aan een lieve vrouw die als handelaar naast R&J heeft gestaan heel de dag. Ze krijgt glaswerk, te kwetsbaar om dat steeds in- en uit te pakken. Veel gaat echt in een grote vuilniszak. 3 Lege dozen en een leeg krat armer (maar een paar honderd euro rijker), rijd ik de auto voorzichtig achteruit de straat uit, gadegeslagen door de flirterige dikbuikige mannen die eerder al een paar keer langs zijn gelopen en hun waar even aan hun partner-in-crime overlaten. Ook dit dorp is weer op de hoogte van wie die rode auto is die ze zo vaak voorbij zien rijden of geparkeerd zien staan voor de Spar.
De dag is grotendeels een beetje aan me voorbijgegaan. Afwezig rijd ik naar huis. Ik pak de auto niet uit, keer het de rug toe. Thuis laten Edith en Marc me een beetje met rust, fijn. We eten met elkaar, buiten bij de vuurplaats waar Marc wat oud hout verbrand. De jurk gaat uit en ik laat mijn huid besprenkelen met de beloofde regen met de warmte van het vuur in mijn rug. We drinken koffie met elkaar, leg Edith uit hoe het voelt om zo'n beschermingsmechanisme te hebben. Het is als 'staren', dat kent iedereen. Het is rustig, veilig en beschermd. Je bent er wel, maar niet helemaal en het is fijn om dit te verwoorden en herkenbaar te maken. Daarna gaan we nog even wat aan het werk, heel eventjes, wat ook weer rust geeft.
Naar omstandigheden een heel goede dag, morgen weer een nieuwe en zeker weten een betere.
dinsdag 20 juli 2010
Te veel
Maar het is ontzettend moeilijk als je geen structuur hebt of aan kunt houden. 's Winters is er alle tijd tussen zonsop- en ondergang, om tijdens de donkere avonden te werken achter de PC, welk werk dan ook. Geen bezoek of gasten, geen feesten of vide greniers, geen spontane aanloop, geen rommel of mini-hotelletje. Ik loop de laatste week vast in alle doedingen die ik teveel bij mezelf houd. Ik zou gewoon opdrachten moeten geven, het niet alleen vragen of men dat of zus en zo wil doen. Maar gewoon zeggen dat het gedaan moet worden, om zo aan taken toe te komen die alleen ik kan doen.
Ik zou mezelf een vaste structuur moeten geven, daar heeft de ander dan ook wat aan. Half 7 op, 30 minuutjes wakker worden, de moestuin verzorgen (lees; water geven als er water is; de waterloopjes zitten steeds verstopt of er zit een luchtbel in.) Thuis of bij klanten maaien, koken en wat huishouden, afwassen, even rusten. Middaginvulling met gasten of werken in SecondLife, eten, werken in SecondLife of ontspannen met gasten en naar bed. Om zo overal aan toe te komen, om niet steeds een complete waslijst te hebben van dingen die nog gedaan zouden moeten worden. Van hele simpele taken tot zware nodige werkzaamheden. Van eens even niets doen, een boekje lezen, aan het water kunnen gaan zitten. Spelen in SecondLife, mooie dingen maken, fotograferen, lekker dromen in m'n up en in de keuken experimenteren met wat er uit de moestuin komt of in de aanbieding is.
Ja tuurlijk, ik zit even in een dip. Vanochtend bij R gemaaid en te weinig betaald gekregen door een vergissing. Ik was te moe om er wat van te zeggen na het vroege opstaan om Harry uit te zwaaien en van een goed ontbijt te voorzien. Thuiskomen met boodschappen om dan gelijk te gaan koken, af te wassen en dan even willen gaan zitten om moed te verzamelen de auto uit te ruimen, schoon te maken om hem dan met rommelmarkt spullen weer vol te laden. Maar Simon had een douche nodig en kwam even borrelen. Heel gezellig, ook leuk en fijn natuurlijk. Het is tenslotte zeer goed gezelschap. Marc gaat na een praatje van een kwartier siësta houden. Die heeft ook gewerkt vanochtend in de extreme hitte. Als Simon weer naar huis gaat en Edith met hem meewandeld om zijn ydillische optrekje te zien, maak ik een start met het inpakken van de auto. Ik ben echt ontzettend moe, tussen mijn oren en fysiek. Al mijn energie heb ik aan alle visite en gasten gegeven. Meedenken, zorgen voor, proberen een lift voor haar en mezelf te regelen. Marc te steunen met het teveel aan werk. En opeens is het op. Die auto hoeft van mij niet meer vol. Ik wil me gewoon ouderwets eens even een paar dagen terug trekken, maar afspraak is afspraak en het lukt me niet die auto vol te stouwen en de vergeten spullen van de vorige keer uit de bar te plukken. (Al die trapjes en hellingen hier...) De was stapelt zich op, niet erg, ik heb zat linnengoed en kleding. Ik zie alle bloemperkjes, zo zorgvuldig ingezaaid en ingepoot geel worden, met slappe plantjes en verdorde bloemen. De tomaten in de moestuin zijn enkelhoog, de waterbakken leeg, ik heb een toch belangrijke afspraak met Marc in SecondLife vanavond met de rest van het team waar we een groot project mee aangegaan zijn. Ik moet op tijd naar bed, want om half 8 moet ik weg met de volgepakte auto om daar een dag in de zon op straat te zitten met m'n oude boeltje. Ik vraag Marc om een parasolvoet te regelen en een extra tafel, maar na 2x vragen en nog steeds 0 op request durf ik het amper meer aan te kaarten. Het interesseert hem niets dat één ruimte van het huis tot de nok toe vol staat met voor ons nutteloze spullen. Ik heb morgen eigenlijk geen tijd, mijn groente zijn toch belangrijker? Dus dip ik op een matje in de koele schuur om mezelf niet te verleiden achter de pc weer met werk bezig te zijn. Of de kamer van Harry op te ruimen en de was gelijk te doen. Marc komt me zoeken en beurt me op, ruimt de auto in en helpt met de extra spullen uit de bar. Heeft inmiddels een parasol en een tafel geregeld (de vouwtafel uit de wasruimte). Ik probeer alles even los te laten, even op te schrijven waarom ik me nu zo klem heb gewerkt en gezorgd.
Lesje grenzen stellen, lesje voor mezelf zorgen, lesje bij mezelf blijven, ook al vind ik gasten helemaal geweldig, bezoek ontzettend leuk en het werk op de pc uitdagend creatief!
Op is op en stel even wat prioriteiten. Morgen bijt ik even door. Donderdag nog 2 leuke doe-dingen en vrijdag... Dan heb ik een paar dagen rust, dan heb ik een korte thuisvakantie, omdat Edith met de andere helft van de M&M eenheid een paar dagen op avontuur gaat om de andere kant te ervaren van die ultieme vrijheid.
maandag 19 juli 2010
Harry & Miska
Wel was harry zo eerlijk dat we het moesten zeggen als zijn bezoek lang genoeg geduurd had. Harry heeft ontzettend hard gewerkt, wat niet hoeft, maar als hij niets te doen heeft worden zijn bezoekjes wel heel kort, hij wil graag wat doen en daar is hier nooit te kort aan; klusjes.
Van bamboe hakken tot een aardappelkist timmeren, van lauzen sjouwen tot zand zeven en kruien. Wandelen en zwemmen met de honden, er alleen op uit, koken, moestuin water geven en tijd doorbrengen met zijn zoon. Eigenlijk uniek en wat niet was is er nu toch van gekomen.
Zijn kindje Miska mag altijd mee en heeft een tijdelijke uitzonderingspositie gekregen; slaapkamer is de bank, rusthoekje is de bank, bietsplek is naast de tafel en zo bang als ze is voor katten, mogen ze alle vijf aan haar poten snuffelen zonder dat ze in de balken van het plafond klimt. Harry en Miska hebben het ontzettend naar hun zin, maar de omstandigheden laten Harry wel vertrekken, dinsdagochtend om 6 uur. Een uitnodiging om een tijdje terug te komen staat al gepland begin van deze winter, als het hier stil is en wij ook hem de volle aandacht kunnen geven. Harry is een fervent kletser en als je dat eenmaal een beetje gewend bent, is er prima mee om te gaan. Harry leest en leert, doet en werkt en is goed gezelschap. Ik vind het best jammer dat hij moet gaan, maar troost me met de wetenschap dat hij terug komt.
Hij snapt heel goed dat we Edith nog onverdeelde aandacht gunnen, zij komt niet 1-2-3 voor weken terug en heeft haar bezoek aangekondigd.
Dus nemen we afscheid van hem en zijn trouwe viervoeter. castel en Miska zijn dikke maatjes. Ze spelen graag, met een bal, in het water of een tak of bot. Miska erkent haar meerdere, ja het is mogelijk, Castel is Miska's meerdere. Castelledier is veel sneller, behendiger en sluwer. Ze zijn net zo lief, dat wel. Miska is wel een mooiere meid, dat moet gezegd, Princes en Lady Vagebond en we zullen ze als koppeltje wel missen!
Deze dag stond in het teken van zijn laatste dagje. De aardappelkist is bijna af, dat fixt Marc wel. We picknicken in de laatste grote bocht van het stalpad met z'n vieren. De plastic bekertjes voor de wijn vergeten we, dus drinken we uit de fles. Zeer flink wijntje (Muscat sec 2008), want de tocht omhoog is zwaar, zo zwaar. Maar wat bijzonder toch dat we het met z'n vieren zo ontzettend relaxt en goed hebben gehad zonder spanningen of moeilijkheden. We alle vier ons eigen ding konden doen en genoten van in vrijheid elkaars gezelschap op te zoeken.
P&W en de 'Zweedjes' komen nog op thee-visite en brachten 2 heerlijke taarten mee. Even druk, maar zo ontzettend leuk om andere expats te spreken, we horen hoe het leef- en woonklimaat in Zweden is... Ehm, niet verkeerd!!!!!
Marc neemt ontslag vandaag. Het gaat echt niet tijdens onze drukke zomermaanden, loondienst, 5 uur per dag missen terwijl die 5 uur besteed aan SL meer opleverd dan hij op het dak bij elkaar kan sprokkelen. Bernard begrijpt het wel, maar het blijft emotioneel moeilijk voor Marc om hem te laten zitten tijdens het hoogseizoen. Hij werkt de maand vol, neemt 2 vrije dagen die hij in augustus nog werkt en zal Bernard wel blijven steunen in geval van nood. Dit geeft Marc veel rust. Voor de avondboterham vertrekt hij met Harry en de honden naar het water. (wat uitmondt in een picknick met z'n viertjes, ook om het afscheid van Harry te vieren)
Ik bevestig mijn lift naar Nederland, dat staat ook vast.
Edith benadert en wordt benaderd voor liften, daar heeft zij nu wat meer rust in, ondanks het heimwee achtige gevoel dat de kop opsteekt.
Ik oogst 3 prachtige courgettes die ik zoet-zuur in ga maken en kook Saponaria in; zeepkruid. Deze vloeibare zeep test ik op de vieze handjes van de Zweedjes-kids en het werkt erg goed. De zeep is als water en heeft een donker groen bruine kleur, of het geschikt is voor de fijne witte was????
Een heel heftige dag, een leuke dag, een volle dag en een spannende. Die mogen er af en toe ook zijn.
Uit eten
Maar als dank voor de gastvrijheid biedt Harry ons een etentje aan. Hij is langs een Hotel-Restaurant gereden waar hij forel aangeprezen zag staan in een plaatsje dat een forellenkweker heeft. Dezelfde forellenkweker die altijd in Lo Mur op de markt staat. Ik Google op 'Truite, Plaatsnaam' en krijg gelijk en als enig zoekresultaat dit Hotel-Restaurant. -Ik vermeld de naam niet, de moeite niet waard, weet ik achteraf-
Marc gaat accoord, en ik bel het restaurant. Ik reserveer en al had dat vorig jaar al makkelijk moeten gaan, toch voelt het gaaf om zonder moeite in het frans te telefoneren, zoiets simpels, maar toch. Er is een tafel vrij en we starten met ons douchen en netjes aankleden ruim van te voren. (Alle 4, dat duurt even)
Om 7 uur is de keuken nog dicht, Marc ziet de bui al hangen dat we erg laat aan de dis kunnen, nog later thuis zijn en hij een kort nachtje tegemoed gaat. Ik heb mijn eigen bui, wat moet ik aan? Marc helpt altijd, de schat. (Ik ben daar nooit zo handig in. Het leuke jurkje moet ik nog vermaken, het ander kan niet, want dat ondergoedje zit net in de was dat eronder moet. Ik sta zodoende vaak een kwartier voor de kast en nog in onderbroekje te wikken en te wegen, terwijl mijn haar al is opgedroogd terwijl ik dat had willen fohnen.)
Ze hebben het binnen zeker druk? Twee gezelschappen staan te dralen op het terras terwijl de gereserveerde tafels gedekt zijn. Wij besluiten gewoon maar te gaan zitten op het terras aan de enige voor 4 gedekte tafel.
We worden vriendelijk ontvangen en krijgen de kaart. Twee soorten menu's, 8 pagina's met wijnen, pagina met dranken en 1 met hoofdgerechten, de laatste met de dag-specialiteit. Maar geen vis, niet 1, geen forel, nog geen diepvriesvis of blik tonijn.We maken onze keuze en de gezellig dikke madame komt onze bestelling opnemen. Eerst vraag ik haar waar de forel te vinden is. Op de lege pagina misschien? Juist ja, die pagina is eruit gehaald. Alleen op maandag komt de verse forel uit hetzelfde dorp en op is op. We vragen wat bepaalde gerechten inhouden en kiezen uiteindelijk allemaal maar voor de kalfskotelet. Ze onderbreekt ons, want of er daar nog 4 van zijn moet ze nog even gaan vragen in de keuken. Ook onze tweede keus is er waarschijnlijk niet. "Wat kunt u ons aanbevelen"? Met andere woorden, wat is er wel? "De omelet" Ehm, ja... uit eten en dan een omelet aangeraden krijgen in een forellen-restaurant? Het moet niet gekker worden.
Edith vraagt me of er broodjes komen als knabbel voor het hoofdgerecht terwijl Harry en ik onze salade eten als voorafje. Madame kijkt me wat verstoord aan met een blik van 'hoe kun je dat nou vragen, natuurlijk komt er stokbrood bij de franse maaltijd.' -stomme toeristen-
We krijgen onze salade en een schaaltje chips, voor 1 persoon.... Marc en ik schieten in de lach, Edith kijkt me aan met een gezicht in de vorm van een groot vraagteken.
Goed, we wachten op het hoofdgerecht, gelukkig zijn er nog 4 kalfskoteletten, niet gereserveerd per telefoon door fransen die weten hoe dat hier werkt.
Dan komt er eindelijk brood, 5 dikke sneetjes frans stokbrood, voor bij de salades... Tijdens het heerlijke hoofdgerecht, dat moet gezegd, echt superlekker en zacht van smaak met een bakje gefrituurde aardappeltjes, krijgen we nog eens 5 sneetjes brood.
We hebben het wel erg gezellig aan tafel met z'n vieren. Onze definitie van gezellig is wat anders, wat verfranst, en een tafelgesprek op zich. Marc en Harry kletsen over de familie, ik vind dit interessant en Edith klets en vraagt mee. De mannen zien elkaar niet al te vaak en er gebeurd altijd wel wat. Verder is er ruimte om eens over het vertrek van de gasten te babbelen.
Ik kan dan wel genieten van het volle hotelletje, Harry kan met het verstand op nul hier zijn en zien hoe lang hij blijven kan. Edith zit met haar studie en moet eind juli een lift naar Nederland zien te vinden. Marc zit omhoog met zijn werk, het werkt niet, het voor een baas werken en 5 ochtenden per week geclaimt zijn en alles verder in de steek te moeten laten. Tevens wil hij er graag voor de gasten zijn, eens een dagje weg met Edith of Harry en eens een dagje alleen zijn met mij. We hadden niet in kunnen schatten geen dag met z'n drieëen door te brengen, Harry kwam onverwacht en blijft normaliter een weekje.
Alle liften die Edith vond verdwijnen opeens van het internet, beantwoorden haar emails niet of zijn al vergeven. Treinkaartjes worden natuurlijk hoe langer hoe duurder, vliegtickets op korte termijn zijn niet meer beschikbaar en ze heeft moeite om het los te laten en vertrouwen te hebben dat er een lift is op het moment dat ze naar Nederland wil. Dat zou ik ook moeilijk vinden en het is een lastige teleurstellende zoektocht aan het worden. Gelukkig komen we tijdens de kalfskoteletten wel overeen dat Harry deze week naar huis zal gaan om tegen de winter een langere tijd terug te komen. marc werkt dan niet meer 'voor een baas', het weer is werkbaar en we hebben dan wat meer rust en aandacht voor hem.
Ik verbaas me over mijn eigen flexibiliteit. Vol 'hotel', bezoek, theevisite, Simon die mee komt werken zo nu en dan en mee eet en -doucht. Marc die 5 dagen per week 5 uur weg is.
Harry bobt en zo verlaten we bijtijds met een goedgevulde maag het restaurant om thuis eigenlijk gelijk in bed te kruipen waar Harry en ik beide 's nachts weer even uitkomen door de enorme dorst te lessen.
Uit eten, waar het al niet goed voor is. Het was een grote verrassing voor M&M, goede tafelgesprekken, de volle aandacht voor elkaar (dat schiet er thuis echt bij in), heerlijk eten en veel plezier.
zondag 18 juli 2010
Terugtocht
Tijdens een slok lekkere koffie in een metalen mok, raast er een auto met aanhanger voorbij. Dat we op nog geen 15 meter naast een weg staan en hebben geslapen, onderaan een weg, wisten we beiden niet. We moeten erom lachen, wat nou privacy! Toch een aardig uitgestorven gebied... We zijn vandaag zo op weg en Edith ploetert over de kleine slingerweggetjes door dichte mist -bewolking- het gebied uit. Het kost ons 1,5 uur om dan in de gorges de l'Aude terecht te komen. Het is heel vermoeiend rijden met die paar meters zicht. We zien veel auto's in de bermen staan, locals die paddenstoelen zoeken en we zien wat mensen lopen met trots enorme geurige paddestoelen in de hand, voorzichtig om ze niet te beschadigen. Verder is het koud, groen en stil in de bossen en vagen de wolken alle zicht uit.
Voor we de tocht voortzetten komen we door een stadje waar er markt is. De typische franse markten met hun locale producten en lekkernijen. Er is ook een landskampioenschap jeu des boules aan de gang. Geen dames te bespeuren, een echte mannen aangelegenheid, typische koppen en zodra Edith gewoon een foto wil maken, wordt er natuurlijk gereageerd op de twee blonde toeristes. Ik maak een praatje, wel zo leuk. Ze geloven me maar half als ik zeg waar ik woon en krijg de vraag hoe de winters er zijn. 'IJskoud' geef ik ze als antwoord, het blijkt te overtuigen. Verder zeuren ze door over wat we met Midi doen, of we blijven eten, een aperatiefje willen enzovoorts. Ik verkoop ze 'nee' , we moeten naar huis. Dat wil zeggen, we willen verder. We struinen een rondje markt waar we verse koffie kopen en een flodderbroek die luchtig is en lekker zit voor 5 euro. Edith proeft een stukje oude geitenkaas, net na een appelbroodje... Dat had ze beter niet kunnen doen, ze proeft het tegen de middag nog! Zodra we de parkeerplaats verlaten hebben toeter ik de mannen moed en succes toe met de koeienhoorn. Verbaasd staren ze naar de LaRo waar die twee toeristes inzitten, met frans kenteken...
De gorges is adembenemend en Edith sjeest er met open mond doorheen. We kunnen niet stoppen op de smalle wegen met de rotswanden boven ons, om ons heen, waar we onderdoor rijden. We passeren vele auto's, touringcars, campers en soms moeten we elkaar echt de ruimte geven, anders rijden we er een spiegel af. Edith doet dit knap, heel knap. Ze laat zich niet van de weg drukken en ik help haar door te zeggen of het gaat of niet, leer haar te remmen op de motor om de remschijven te sparen, bochten in te schatten en sneller te reageren dan dat op de nederlandse wegen nodig is.
We komen nog door een leeg gebied, geen toerisme, weinig dorpen, stilte, bossen, steile wanden, watervalletjes, prachtig. Hier zou ik ook wel willen wonen, maar het is wel wat nauw, weinig vergezichten, maar zoooo mooi.
De borden doemen weer in grote getalen op langs de wegen. Grotten te bezoeken, kano-scholen, campings, gites, winkels en restaurants. Laat maar, denk ik snel.
Rond Montréal is het weer Tour-de-France dat de klok slaat! Daar waar houten kruisjes staan met vuilniszakken met 'propre' erop, komt de Tour langs. De smalle mannen op nog smallere fietsen. Campers langs de weg, op weg, de gesponsorde snelle auto'tjes met fel gekleurde reclames in raceformatie achter elkaar, de televisie-wagens, complete mediaparken op wielen, duizenden gendarmes, voetgangers met vlaggetjes en stoeltjes, files zo ver het oog rijkt, mensen op de weg, in de bermen, overal volk en drukte. En Edith had het nog wel zo nauwkeurig uit proberen te kienen dit te omzeilen... Helaas, niet gelukt. Maar met wat geduld en berusting kruipen we door de plaatsen heen en genieten toch van dit wereldberoemde festijn, het staartje, de entourage, toch wel eens leuk om mee te maken.
Zodra we de grote wegen weer bereikt hebben, zetten we gas op de plank en zjoeven zo naar Rodez. Edith wil graag door naar Laguiole. Het plaatsje dat bekend staat om haar kaas, maar vooral de messen die alleen daar gemaakt worden. Een speciaal soort mes, met serienummer en logo. Ze wil er zichzelf graag 1 kado doen.
Tegen 6 uur 'meren we aan' in dit overbekende stadje waar de hoofdstraat watterrasjes heeft, een plein met de Marie, postkantoor en een standbeeld van een Aubrac-koe en een oud stenen kruisje, maar verder alleen messenwinkels, winkels met messen en een messen-werkplaats annex -museumpje met een winkel en een messen-atelier. Het lijken stuk voor stuk juweliers zoals ze hun messenwaar uitstallen en in de etalages laten prijken, opgepoetst in de meest mooie doosjes van rozen- en pallisanderhout. Het grote aantal winkels met het nog grotere assortiment doet een weegschaal duizelen... Ik ben blij geen geld voor zo'n mes te hebben, ik zou me arm kopen in de verkeerde (lees 'duurdere') winkels. Maar kijken is ook leuk. Alle soorten en maten, alle gebruiksmogelijkheden, met tandenstoker en zonder, sommige met flessenopeners, met gekleurde heften en eenvoudige. Allemaal hebben ze het Laguiole-beestje als overeenkomst en de vorm van het mes zelf. Als bestek, compleet, als broodmes (180 euro, natuurlijk jongens, terwijl ik de fransen hun brood zie breken) of jachtmessen, vismesjes, sla-couvers, zakmes, mesje voor aan je sleutelhanger. Onvoorstelbaar!Na een cola en een biertje gaat Edith maar even alleen op pad. Ze gaat terug naar een rustig licht achteraf-winkeltje waar een dame werkt die ook engels spreekt, met een werkplaats/atelier achter de winkel waar de messen geslepen worden.
Ze komt me halen op het terras 5 minuutjes voor sluitingstijd, even hulp bij het uitzoeken. We krijgen uitleg over de verschillende hout- en hoornsoorten die gebruikt worden voor de heften, over het gebruik en het onderhoud. En na heellang wikken enwegen maakt ze haar keuze. Ze mag ook iets in het mes laten graveren en ze kiest voor haar initialen, stoer.
De terugtocht in de avondzon is zwaar. Al is het maar een uurtje, de zon zorgt ervoor dat je met zonnenklep en -bril niets ziet, helemaal niets. Dus rijdt Edit met haar laatste energie naar huis. Waar we rustig thuis kunnen komen, want de mannen zijn naar het water. De keuken is spik en span, Cros springt voor een knuffel in mijn armen en we drinken koffie met elkaar zodra de mannen weer boven zijn.
We genieten van een lange douche na drie dagen avonturieren. Daarna trekt Marc me het bos in waar we op een kleed bijkletsen samen, ehm... ook bijknuffelen natuurlijk! We hebben elkaar gemist. We hebben het prima naar ons zin gehad en hadden beiden goed gezelschap en ons niet verveeld. Maar toch, M&M zijn gehecht aan elkaar, dat blijkt maar weer.
Wij hebben 3 heerlijke dagen gehad, nieuw en vertrouwd, zon en regen, rust en drukte, spektakel en circus, bos en kale toppen, alles erop en eraan!!!
Andorra en TDF
Het is vroeg dag voor ons, voor zevenen staan we op. Niet echt uitgeslapen, zo'n eerste nacht in de wagen. Edith moet nog wennen aan de vrijheid, het zomaar buiten slapen. Ze heeft de autoportieren op slot gedaan, alsof ze nachtelijk bezoek kan krijgen. Geen kip wil daar zijn 's nachts, maar voor haar gevoel van veiligheid is het wel zo prettig. De autosleutels hangen we altijd binnen aan een haakje, uit het zicht. Een zware maglight naast het hoofdkussen als afweer middel, ook voor een veilig gevoel. Zij slaapt beneden, dat houdt in dat zij zal moeten reageren indien er wel wat gebeurd. De bestuurdersstoel is altijd vrij, zodat je in geval van nood, welke nood dan ook, achter het stuur kan kruipen en zo weg kunt rijden, slaapcabine uitgeklapt of niet; gevaar is gevaar,punt. Ook laten we 's nachts niets buiten de auto staan. M&M normaal wel de stoeltjes en en paar schoenen ofzo, maar wij zijn inmiddels gewend aan de slaapplekjes die we uitzoeken, daar waar echt niemand wil of kan komen 's nachts, als het diep donker is, tussen de bomen, het terrein van het wild, dat misschien nieuwsgierig aan het afvalzakje ruikt dat aan de achterlichten hangt.
Pas na de koffie ben ik wat waard en Edith wil weer sturen. Nadat we de auto hebben nagekeken en de bedden hebben opgeruimd, gaan we het bos uit.
Vlak na een bocht moeten we op de rem. Boomverzorgers, of zijn het gewoon houthakkers?, zijn dikke oude reuzen langs de weg aan het rooien. Er staan een tiental auto's voor mij te wachten. Een stamstuk ligt op de ene helft van de weg, met daarnaast de stronk nog in de berm en verder een diep bebost ravijn. Een vrachtwagen met grijparm raapt wat takken op en staat op de andere weghelft. Achter dit tafereel staat een lange file, net als wij, rustig te wachten tot de vrachtwagen vol is. Men zet de motor uit en stapt uit om het eens te bezien van dichtbij.
Boomverzorgers franse stijl zijn ruige jonge mannen, ontblote bovenlijven, zaagbroeken aan, geen helmpje te bespeuren en de grote kettingzagen op het asfalt koelen af van hun werk. Nonchalant wachten ze tot de vrachtwagen weggaat, zodat ze verder kunnen met kleinzagen en de auto's erlangs mogen. Ik had best graag gestopt om even te praten met vakgenoten, ook al klim ik nauwelijks bomen, toch voelt het vertrouwd. Edith maakt een foto zodra we langsrijden, leuk!
Gisteren avond hebben we een keuze gemaakt uit een aantal wandelingen, de leukste vervalt, we hebben meer dan 4 uur nodig om het start-punt te bereiken, dat duurt echt te lang. Ook de uitverkoren wandeling blijkt een roteind rijden te zijn. Het ANWB overzichtskaartje in het wandelboekje heeft een erg grote schaal en het startpunt ligt in Andorra zelf. Om daar te komen zijn we toch gedwongen de enige weg dat staatje in te rijden. Dus sluiten we aan in de rij met dagjesmensen en campers op weg naar het belastingparadijs. Door het extreme geslinger, de zon en de rijwind wordt het Edith net voor de grens te veel, misselijk, een rotgevoel en stuur ik een parking op waar een harde koude wind staat, maar wel een fantastisch uitzicht op de franse Pyreneneëen en de gevolgde wegen. Daarna is het 2 minuten naar de grens met de douane, die daar een vermoeide en geirriteerde douane-beamte hebben neergezet om de stroom voertuigen snel door te wuiven en je af te bekken als je wat wilt vragen. (ik wil zeker weten wat wel en niet de grens overmag, want natuurlijk wil ik tabac kopen als ik er dan toch ben.) Ook nu zijn we al ruim 4 uur onderweg, het valt allemaal wat tegen kwa tijd. Op de kaart zijn die paar centimeters soms een halve dag sturen, dezelfde afstand op snelwegen over vlakker terrein een half uur.
Zodra we het winkelcentrum van Andorra zien, vallen we stil van verbazing. Eerst een enorm pand in primaire kleuren, iedere plaat heeft een andere kleur. De grootste panden lijken elkaar geen meter extra te gunnen en deze koopstad is een afzichtelijk plaatje in het prachtige landschap. Het staatje moet het hebben van de lage belastingtarieven op de normaal zo hoog belastte artikelen, maar toch! Wel slim om zo'n centrum net over de grens te plaatsen, dat behoudt de rest van het land voor vervuiling en het overspoeld raken door toerisme. We crossen er snel doorheen. Op zoek naar het wandel-startpunt. We vermoeden dat ook deze vallei bomvol auto's staat en dat we in colonne omhoog moeten wandelen en en plein publique moeten plassen. En jawel hoor, de vallei is prachtig.... 's winters of in de herfst, een alpen-achtige vallei met een beekje in het midden, berghuisjes, gesloten en zijpaadjes naar weilandjes gesloten door hekjes en draad. De parkeerplekken zijn vol en wat gedesillusioneerd stappen we uit om even van de wind te genieten. Nee, we maken snel rechtsomkeert en nemen een bergweg naar een gehuchtje dat doodloopt op een boerenpaadje te midden van een bloemenweide met een kasje ernaast. We lunchen, een schaal fromage blanc met bosaardbeienjam en walnotencake. Eigenlijk willen we hier een stukje wandelen, maar de auto kunnen we nergens parkeren zonder de paden af te sluiten of de bewoners dwars te zitten. We besluiten Andorra te laten voor wat het is, dan maar geen wandeling en een ervaring rijker. Ik tank de auto vol, informeer naar de prijs van nieuwe banden voor de auto, koop tabac en weet nu dat het voor veel belastte boodschappen de moeite waard is een dagje in de auto te zitten en te genieten van de franse kant van de Pyreneëen.
Op zoek naar een slaapplekje waar we een ander stukje kunnen wandelen. Eerst de bergen uit, via de hoogste passen ten zuiden van Limoux, waar we de ruige bergen bewonderen met de smalle wegen waar je elkaar in de U-bochten niet passeren kunt. Op de top stuitten we op een soort witte plastic vlakte met satelliet-schotels; campers, campers en campers, zover het oog reikt.
De Tour de France, natuurlijk!!!! Deze komt door de Ariège en waarschijnlijk zaterdag als we zien dat vele camper-eigenaren zich tijdelijk vestigen en een camper-met-tent installeren en zo hun territorium afbakenen. Vele met een hondje, wat uitgezakte mensen, als ik dat zo zeggen mag, die over de weg wandelen alsof het een voetpad is. Daar word ik een beetje recalcitrant van en ik geef gas.
Ik voel me een vreemde onwelkome eend in de bijt, in die blauwe stoere LaRo, alsof mijn terreinbanden het asfalt bevuilen en we hopen samen dat over de top van deze pas de weg schoon en leeg is. Maar ach, hoe naief kun je zijn; de hele slingerweg naar de beneden, de pas af, zijn de bermen bezet met het witte plastic tupperware, juist ook in de bochten, waardoor ik amper normaal het gebied uit kan rijden. Wat een feest is het voor alle wielrenliefhebbers, de fransen -waarschijnlijk zonder uitzondering-, de TDF!
Beneden nemen we gelijk een zijweg het bos in en vinden een route forestière met een modderig zijpad. Het weer is omgeslagen, donkere bewolking verdringt de stukken blauwe lucht en als we een groen vlekje zien, dat een weitje lijkt te zijn, is er geen blauw hemd meer over. Dit is een prachtplekje voor een BBQ, zo aan een waterval tussen beuken- en naaldbomen. We trekken de stoute wandelschoenen aan en gaan op de bonne fooi een wandeling aan. Het pad gaat over diverse beekjes heen, de lucht trekt nog verder dicht en het pad klimt en klimt en klimt. Een leuke 4x4 route, maar geen normale wandeling. We gaan na 10 minuten weer rechtsomkeerd om een BBQ-vuurtje te maken. Met kleine takjes freubel ik een vuurtje, Edith zoekt wat groter hout en ik leg twee stenen tegenover elkaar waar het opvouwbare rooster op past.
Zodra we net aan de hamburgers zitten, met sla, een wijntje en stokbrood met boter horen we het onweer. Dat is al eigenlijk boven ons, het verrast ons en met dikke spetters laat het weten niet te willen wachten tot onze vleesspiesjes (klinkt dat vies zeg) gaar zijn.
Dus vluchten we de auto in en bakken de spiesjes in het innimini koekenpannetje. We smullen per definitie en we weten weer hoe het is als je wilt avonturieren in een auto. Belangrijkste les voor Edith is, dat je alles wel kunt plannen in het leven, maar dat je krijgt wat er komt en niets zeker is. Dat je wel super voorbereid kunt zijn, maar dat die energie vaak voor niets is. Dat wat er wel is, ervoor in de plaats komt net zo mooi is, een andere beleving ervoor terug geeft, die niets afdoet aan het nu-moment.
We gaan rond 10 uur al slapen, het regent nog steeds en het is fris genoeg om in de slaapzakken nog een boek te lezen na een uurtje vrouwenpraat.
De slaapcabine boven;