zaterdag 31 maart 2012

BosBrand

Ik lig net in de opstart van de sofrologie meditatie als ik de sirenes hoor. Door de open schuifpui dringt het loeiende geluid goed door, buiten gedragen door de harde wind is het in de wijde omtrek goed te horen. Deze gaan alleen af als er brand is; een huis, schuur of bos die alle brandweerlieden oproepen direct te komen.
Ik doe erg mijn best om bij de les te blijven, maar dat valt niet mee met dat scherpe geloei op de achtergrond.
De wetenschap dat het kurk en kurk droog is in de bossen probeer ik te verdringen.
De deur van de zaal gaat heel zachtjes open, maar ik lig ernaast, en net als de tikkende klok hoor ik dit geluid ook, maar ik blijf nog liggen zo ik lig en hou mijn ogen dicht. "Daniël" fluistert Anais zo zachtjes mogelijk, terwijl hij doorgaat met het aansturen van deze vorm van 'innerlijk uitbalanceren'. Maar hij praat rustig door met zijn hypnotiserende stem. Totdat Anais mij zachtjes port, gelijk gaan mijn ogen open en kijken haar aan, het is een elfjes gezicht, een hele lieve meid die dit jaar voor het eerst in het centrum werkt. We kennen haar al jaren, ze stond, voordat ze moeder werd, op de markten met zelf gemaakte tassen en sieraden. 'Je man heeft gebeld, er is brand, je moet naar huis.'
De schok van haar woorden na het geluid van die sirenes die overal vandaan leken te komen -wat duidt op een grote brand en niet enkel een schuurtje- zit er goed in. Ik gris m'n spullen waar ik op lag van de vloer en vlieg het zaaltje uit. Twee geschrokken meiden kijken me beneden aan, Anais biedt aan dat ik Marc even kan bellen, wat ik gelijk doe. Een grote bosbrand aan de overkant van de rivier die door de harde wind heel snel uitbreidt liet Marc de brandweer bellen, en mij. Die wind is eng, hij waait zo hard en lijnrecht door de gorges. Met een beetje pech waait er brandend bos onze kant uit, de wind is er echt hard genoeg voor. Dit is angst dat we beide voelen, we hebben geen pomp, de brandweer kan enkel over de pistes rijden en wij wonen nu juist onder die piste. Als er iets overwaait zal het bos direct vlam vatten. Wij kunnen er ook nauwelijks bij om dood hout weg te zagen daar.

Buiten zie ik de hemel al onnatuurlijk bewolkt en de rit naar huis is normaal een 30 minuten rijden. Ik ben nog nooit zo hard naar huis gereden, ondanks de waarschuwing van m'n lief, durf ik de Rode over de slingerweg naar het bospad te sturen. Ik passeer met een 90 km per uur een auto van de gendarmerie die in tegenovergestelde richting rijdt. Het gaat letterlijk net goed, maar het zij me vergeven. Ze weten van wie die Landrover is en waar de eigenaren wonen. Met een vrijbrief voor het scheuren rijd ik verder zonder al te veel te remmen. Het bospad met een snelheidslimiet van 30 per uur overschrijdt ik met het gevaar voor het in mogen leven van m'n rijbewijs. (Nederlandse wetten dan hè.) Thuis staat het hek open, de Blauwe staat klaar om te vluchten met op het dak mijn lief met een verrekijker.
De brandhaard heeft Marc ontdekt als zijnde de enige die zo dicht in de buurt woont en zicht heeft over dit gedeelte van de gorges. Sinds zijn telefoontje naar de brandweer heeft de wind het vuur door de lucht verspreidt zodat er al 4 andere brandhaarden te zien zijn. Het gaat razend snel, de wind blaast maar door, de wouwen lijken op zoek naar makkelijke al vluchtende prooien, brandweerwagens scheuren over de weg van de EDF aan de overkant. 'Ons' bospad is opeens heel populair, wat de brandweer enorm moet irriteren, want vanaf juist dit pad hebben ze een erg goed zicht op de hele gorges en alle brandhaarden.
Samen staan we met camera, verrekijker en fototoestel op het dak van de Blauwe en zien het vuur overal om zich heen grijpen. We denken nog dat alleen de bosgronden zullen branden. Dat dit niet zo is blijkt veel later pas. De walkie-talkie's pikken de communicatie van de brandweer op. Zo horen we dat werkelijk alle omringende gemeenten mee moeten helpen met het bestrijden van deze bosbrand. Wij zijn nog steeds bang dat de wind ietsjes draait en ons bos ook in vlam zal zetten. Het belangrijkste dat we uit het gekraak en gepiep op kunnen maken is dat er (nog) geen bluswater is. De slangen zijn veels te kort om ze uit te rollen naar de rivier, ondanks dat deze al wat dagen vrij hoog staat.
De overkant van de gorges is grotendeels terrein van de EDF, met de hoofdleidingen gedrapeerd op en over  palen. Afgelopen winter hebben ze groot onderhoud gepleegd aan de enige weg die daar loopt en onder alle leidingen en palen hebben ze grondig gesnoeid en de takken op bossen gelegd.
De middag is al bijna om als ik snel nog even een vriendin op Skype vertel dat we waarschijnlijk voorlopig niet online zijn om ons spul in de gaten te houden. Dan vliegt de electriciteit eruit. Niet vreemd gezien we al steunpalen in vuur en vlam hebben zien staan. Onze hoofdleiding, niet vreemd met de EDF als directe overbuur. Marc rijdt nog wel even naar de eerste paal en mag niet verder van een Rode brandweerLandrover. Eigenlijk krijgt hij op zijn kop van de brandweer die daar brandweerdingen doen. -Stafkaarten uitgespreid op de motorkap, walkie-talkie's aan, mobiel erbij, verrekijker in een halve vrije hand, maar zodra Marc zegt dat hij wil kijken of de electriciteit 'stuk' is, krijgt hij doorgang en de verzekering dat de electriciteit afgesloten is uit veiligheidsoverwegingen.
Er zit ons niets anders op dan plaats te nemen op het stenen bankje naast de buxus en gespannen naar de overkant te blijven turen. Met het beestenspul om ons heen, een tafel gevuld met dezelfde brandweerspullen, drankje en hapje en te kijken hoe het vuur steeds verder kruipt, waait en her en der op blijft laaien.
We doen nog wel verantwoord een avondboterham, maar de zorg blijft. Het is spannend, niet leuk om te zien -een zwarte achtertuin en het besef dat er vele dieren zullen sterven- beangstigend, maar toch vol bewondering voor een brandweer eenheid die dit aan lijkt te kunnen.
Tot een uur of half 10 blijven we op dat bankje zitten, verkleumend, maar de schouw aansteken lijkt ons 'olie op het vuur' en een keer vroeg naar bed is ook niet weg. Marc wil niet in huis naar bed. Het liefst wil hij waken, maar de verrichtingen van de brandweer scheppen een berg van vertrouwen. Ze hebben het redelijk onder controle, denken we. Hoewel we wel, zover we naar links en rechts kunnen kijken, steeds weer vuur op zien laaien, tot ver boven op en achter de bergen dat ons vertrouwde uitzicht is. We zitten eerste rang. Het bospad is een drukbereden pad met belangstellenden, betrokkenen en ramp-toeristen, al mag ik dat woord van Lief niet gebruiken. Zodra de zon achter de berg is waar we tegenaan geplakt wonen, worden de vuurhaarden beter zichtbaar. De lijnen zijn lang, sommige vuren verpakken dode kastanjes. Brandend kastanjehout knettert, explodeert en schiet gloeiende kolen ver weg. Dat zien we al als wij stukken van dit hout in de schouw verbranden, ze belanden aan het andere eind van de 2 meter 20 lange tafel of branden wat riet weg van de zitting van een stoeltje. Ik kan iemand aan de telefoon al amper verstaan als we zulk hout stoken. Het bos aan de overkant bestaat voor ongeveer 80% uit kastanjes, het bos krijgt alleen wat onderhoud ter hoogte van de electriciteits leidingen.
We zien angstig toe hoe het vuur toch de onderkant van de helling bereikt, aan de andere kant van de weg, om zich rustig een weg te banen naar beneden. De brandweer kan niet overal zijn en gelukkig staan ze nog steeds op ons stukje bospad om dit door te seinen naar de helden aan de overkant. Het water lijkt gearriveerd, pas tijdens de schemering. De wagens met hun zwaailichten gaan heel zachtjes een piste af boven op de berg en sjezen met een bloedgang omhoog als ze leeg vertrekken om zich vol te tanken. Het wordt snel donker en iedere windvlaag laat al het gloeiende hout zien, ontelbare vuurtjes, complete bomen die in lichterlaaie staan of gloeiende palen vormen met een vonkenregen tijdens iedere vlaag. Het knetteren maakt een onwerkelijk geluid. Nu weten we hoe een bosbrand klinkt, het zal ons altijd wekken, dat weten we NU. Om de minuut vallen er ook brandende bomen om, die eenzelfde geweldadig geluid voort brengen als de vallende eik die ik onlangs omschreef. De halve maan beschijnt dit tafereel, de bergen in het donker zijn een onbekende sterrenhemel met oranje sterren met hier en daar een gelige gloed die door de rook ver schijnt, met daarboven de bekende sterrenpracht die nogal bleek afsteekt tegen het geweld eronder. Het vuur heeft de top van de bergen bereikt en is erop en erachter ook huis aan het houden. Het vuur blijft zich verspreiden naar links en rechts. Het geschreeuw van de brandweerlieden is bijna letterlijk te verstaan, dit wordt een hele lange nacht voor de spuitgasten.

Met koplampjes lezen we nog wat met zere ogen van het turen, vermoeide harten van de schrik en de angst, met opluchting dat de wind (nog) niet gedraaid is vallen we onrustig in slaap.
's Nachts ga ik eruit voor een plas en tuur uit het raam. Hetzelfde aantal blauwe zwaailichten, nog steeds een onwerkelijke sterrenhemel met vonkenregens en het gekraak van de vallende bomen, geen vuur meer, het is donker.
Deze ochtend staan we er vroeg naast, nog niet helemaal in ons gewone doen met aan de overkant nog steeds de blauwe zwaailichten en hier en daar rookpluimen, de helicopter vliegt nog steeds rondjes. De ochtendlucht is nevelig boven de bossen, de licht groene vlekjes van levende bomen en de bloesem van de prunussen en sleedoorns geven het verbrande bos nog steeds een lenteaanzicht. Toch zien we de bosbodem als een zwart laken door alles heen. Wonderlijk, als je niet zou weten dat er zo'n enorme brand was geweest, dan zou het niet eens opvallen. Toch zijn de wilde zwijnen flink in paniek, ze zijn elkaar kwijt, het gekrijs gaat door merg en been. Pas rond kwart voor 10 deze ochtend gaat de electriciteit weer 'aan'.











Een paar maanden geleden deed ik nog mee aan een onderzoek van de WereldOmroep over de gevaren van het wonen in andere landen dan Nederland. Oorlogsgeweld, flora en fauna die anders is, klimaat en weer. Je schoenen uitschudden voordat je in je tenen gebeten wordt door schorpioenen. Evacuatie in verband met orkanen, vulkaanuitbarstingen, overstromingen en bosbranden, noem maar op. Ja, dit is er één, bosbrand. Als het hier ooit gebeurd door dat ene stukje glas dat een brand veroorzaakt of een oliedomme rokende wandelaar of 4x4-chauffeur, dan valt dit ons ten deel. Je doet er niets aan en we weten het.....

Naschrift
Marc maakte net een wandeling over het bospad richting de bruggen. Bij 'de Twee Eiken' stuit hij op een Pompierieke (brandweervrouw). Ze praten wat. Ze zijn nog steeds met blussen bezig, de wind werkt erg tegen, die waait nog steeds onregelmatig en hard. Honderd, ja 100, spuitgasten van 15 corpsen hadden een zware nacht. Blusvliegtuigjes waren niet beschikbaar. Er zijn geen gewonden gevallen. Meneer Panis die hoog aan de overkant woont, als enige, 86 jaar, is eventjes geevacueerd geweest, maar kon thuis slapen. Het was ook voor de brandweer een bosbrand van formaat. Lachend vraagt ze of we 'genoten' hebben van het op de eerste rang zitten tijdens dit spectakel. Jazekers! Maar het woord 'genieten' blijft enigszins misplaatst.

donderdag 29 maart 2012

Socatel

Je kent de drama's vast en zeker. Of ze nu veroorzaakt worden door een Chello, KPN, France Telecom of al die andere die eindigen op 'Telecom'. De drama's als je ze echt nodig hebt, omdat je telefoon of internet niet meer naar behoren werkt of het eigenaardig stil is in huis en mensen langs komen om te kijken hoe het met je is in plaats van een mailtje of belletje. Je gaat eerst op zoek naar een servicenummer. Als je dit kunt vinden, want alles gaat digitaal en meestal is er een FAQ (Frequentie Asked Questions) op de website of een digitaal formulier om je vraag mee op te sturen, maar je hebt geen internet. Maar als beide falen ben je gedwongen dit probleem of bij de buren op te lossen of je mobiel -als je die hebt- te pakken en ze 'duur' te bellen voor enige assistentie. We hebben allemaal nog meer te doen, dus drama 1 is geboren als je een lange lijst krijgt voorgeschoteld en je op een toets moet drukken als de verveelde computerstem eindelijk bij jouw gewenste keuze is beland. Vaak mag je nogmaals luisteren en wachten voor een submenu of zelfs tegen de computer praten om vast informatie te verschaffen. Knappe computers, want ze leggen vast wat je zegt en op basis daarvan gaan ze aan de slag. France Telecom werkt zo in ieder geval.
Onze ervaring met Telecom bedrijven is ronduit gezegd slecht. Van het kastje naar de muur, onkundige medewerkers die in hun systeem niets kunnen vinden van wat nu echt relevant is en niet te vergeten de wachttijden of het pardoes verbroken worden van de verbinding omdat de wachtrij onoverzichtelijk lang is.
Socatel is een ingekocht hulpje van France Telecom dat de opdracht krijgt om storingen te verhelpen, lijnen na te lopen of nieuwe lijnen aan te leggen en modems te installeren.
Eind 2009 kochten we een nieuwe adsl lijn. Afgezien van het kostenplaatje, was de service onvoorstelbaar goed. De communicatie met ons nog beter. Bij alles werden we mobiel gebeld -met nummerweergave- en ook na 7 uur 's avonds was de communicatie met meneer Bou uitstekend. Voor alles pakt deze man de telefoon en brengt het geduld en begrip op ons te woord te staan. Dat was eind dat jaar nog geen sinecure, voor ons niet en voor hem al helemaal niet. Binnen 24 uur zijn we steeds geholpen, al gaf de modem maar een paar hick-ups, Monsieur Bou is er, altijd. Zelfs hem direct bellen is geen probleem. Weergaloos als internet de basis van je werkzaamheden is.
Dinsdagavond hebben we een belangrijke meeting over Skype met de grote baas van een virtuele wereld om eens te vergaderen over wat misstanden die het ons moeilijk maken in die wereld te blijven werken. Kwalijke zaak dat besproken moet worden. Maar zodra de amerikaan door de luidsprekers 'hello' heeft gezegd, gaan bij ons de groene lampjes uit, gaat er 1 rode knipperen en kunnen wij de vergadering op ons buik schrijven.
De hele avond, juist als Amerika ook wakker is, blijft de lijn haperen en offline zijn. We resetten de modem en kijken ongelovig naar dat witte kastje met zijn verkeerslicht lampjes. Na het inlopen van de adsl lijn eind 2009 hebben we zo'n probleem als dit nog niet gehad. Er was tijdens slecht weer wel eens even geen internet of telefoon, maar dat is het weer en met bovengrondse leidingen logisch als er eens wat mis gaat. Zeker hier in een natuurlijk bos. Daarom ook ons ongeloof dat de lampjes niet op groen blijven en het rode en de oranje blijven knipperen alsof het nacht is en je door een verlaten stad rijdt.
Marc belt diezelfde avond laat die computer op waarmee hij nog moet praten ook om het probleem vast bij Frans Telecom neer te leggen. Per sms krijgt hij gelijk 2 sms-jes. De 1e bevestigt het doorbellen van het probleem. De 2e bevestigd dat er wat aan gedaan gaat worden.
De dag erop worden we vroeg op de ochtend gebeld door Socatel. Ze gaan de lijn langs. Dat lijkt hier misschien eenvoudig, de straat hoeft niet open, want die lijnen hangen aan palen. Maar hier!! staan die palen op nogal steile puinhellingen dwars door een bos dat geen onderhoud krijgt, want je kunt er amper lopen en paden zijn er niet. En de lengte van de lijn is ruim 3 kilometer. Dat loop je niet 'even na'... denken wij. Maar ach ja, dat is waar ook, 'wij' zijn Hollanders van de vlakke kleigronden.
Woensdag, vroeg in de middag, worden we weer gebeld door meneer Bou met de vraag of we de modem uit willen zetten om hem pas weer te proberen als hij heeft gebeld. We horen ver weg op de helling wel stemmen, schreeuwen en geluiden die wij niet kennen. Eind van de middag worden we weer gebeld dat de modem weer aan kan. En Bou verhaalt over het zootje op de helling wat de lijn voor moet stellen. Er schijnt al jaren niet naar gekeken te zijn en bomen groeien door, vallen om, maken dikkere zijtakken en die palen rotten ook wel eens door of worden gewoon om gedrukt. Het doortrekken van de lijn van de buren naar ons doet toch vermoeden dat de hoofdlijn ook gecontroleerd is, maar niets is minder waar. De meeting met 'Amerika' verloopt 's avonds perfect, we blijken wéér een snellere verbinding te hebben (van 1 Mb naar 2 en nu naar 2,5Mb!) en wij zijn weer erg snel geholpen op een professionele manier met een erg goede terugkoppeling van Socatel.
Een gouden greep van France Telecom om dit bedrijf in te huren. Lang leve Socatel!

ps En geen rekening krijgen voor dit euvel, het is all-in het abonnement dat we hebben bij FT!

dinsdag 27 maart 2012

Endorfine


Tijdens een vakantie ergens in de Ardeche  (ieder jaar weer hè, met 2 en 3 kids -we hadden een pleegbroer-) heb ik spontaan leren zwemmen.
Misschien was ik 5 jaar, dat we weer eens op een camping stonden met twee De Waard tenten, een joekel en een kleinere speciaal voor de kids. Toen haalde je nog van die ijsblokken die in een koelbox paste en goedkope zelf getapte wijn. Daar werd ik dan op uitgestuurd met wat franken in de hand en 1 franse zin die ik moest onthouden. (De meeste fransen zagen mij als een engeltje, met van dat spierwitte haar met krul en slag hier en daar en die lach natuurlijk.)
Zo'n hitte-dag die je plat achterover laat liggen als je dat niet gewend bent en mijn moeder had dan snel migraine en een koortslip. Dus mijn ouders lagen tussen de middag wel eens op bed, in die snikhete De Waard en Tien dacht; ik wil koelte, ik ga zwemmen. Begin van de vakantie kreeg ik 'kurkjes', zo'n band met drijfkurken eraan. 
We trokken van camping naar camping, dus die De Waard tenten werden om de nacht weer ingepakt, auto vol gestouwt, karretje netjes ingepakt met de rest en op naar de volgende camping.
Als het poedelen goed ging, mocht er een kurkje af. Hing ook af van de stroom zelf natuurlijk, vaderlijk ingeschat en zijn oordeel gaf de doorslag. Die ene middag op die camping aan de rivier in een gorges, zo'n echte typische kloof in dit departement, droog waarschijnlijk, afhankelijk van schoolvakantie's , dus gruwelijk heet. Met de krekels die dat snerpende geluid door je gelederen stuurt, vlinders gedragen door de hitte, harde stekelplanten, stoffig door de droogte, Tien wilde water.
Waar grote broer was weet ik niet. Dat ik alleen naar het water ging zonder die kurkjes weet ik ook niet meer.
Mijn ouders werden wakker na die twee uurtjes rusten. Zoon de hort op, dochter ook!!! Wat!!!!???? Badpak weg en kurkjes lagen nog gewoon bij de tent. Je begrijpt; een eerste hartverzakking voor mijn vader en m'n moeder was opeens vergeten dat ze migraine had. Die rennen naar de rand van de gorges waar de rivier flink doorheen stroomt met aan de overkant hier en daar een heel klein strandje en de rotsen die de voet vormen van de klif.
De schrik voor ouders moet afschuwelijk zijn. Gelukkig snel verzacht door het feit dat ik doodleuk aan de overkant met steentjes zit te spelen alsof er niets aan de hand is. Was er ook niet, Tien kon heus zelf al wel zonder kurkjes in stromend water zwemmen.

Dit resulteerde in Nederland dat ik met grote broer mee mocht naar de zwemclub. Een duikbril kreeg en ging trainen als 5 jarige, 's ochtends om 5 uur op, zwemmen van 6 tot 7, terug naar huis, eten en naar school.
Van 2x in de week en onderwijl mijn C-diploma halend, naar 4 tot 5x in de week trainen.
Op gym zat ik al. 1 x in de week.

Dus 4 tot 5x per week zwemtraining, elk weekend wedstrijden (soms zelfs twee).
2 keer per week turnen, door de weeks 1,5 uur en zaterdagochtend 2,5 uur. Af en toe een wedstrijd.
Dit ritme was er al rond mijn achtste jaar. Lange baanwedstrijden deden rond die leeftijd er een schepje bovenop; buitenwater en dan 1km of 3km.
Van turnen 'hard je uit'. Ik ging vaak flink op m'n bek, letterlijk. Van de balk afgevallen en erlangs geschaafd met een been, een hele grote schaafwond waar dan een week het vocht uitdroop. Enkels en polsen gekneust, plat op je rug uit de ringen vallen en op den duur weten dat dat allemaal wel weer geneest.
Met dat zwemmen en een supergoede trainer die erkenning kreeg vanuit de hoogste sportladders, was het juist weer anders; opgejut worden, doelen meekrijgen, een logboek bijhouden. (6 keer per dag hartslag meten, opschrijven wat ik at, hoe laat ik opsta en naar bed ga, de training zelf uitschrijven, enzovoorts)
Door dat zwemmen leerde ik de 'zwarte sneeuw' kennen. De toestand waarin alles vertroebeld en je laatste restjes energie naar je spieren gaan, je focus. Het moment dat de endorfine zijn werk gaat doen.
En daar doorheen willen? Geen idee van wie ik dat heb, maar verzuipen zou ik niet, als laatste aankomen ook niet, doorgaan! 

Mijn lijf heeft zich gevormd door dat sporten. Het moet af en toe tot het uiterste gedreven worden, anders wordt het lui. Endorfine zorgt ook voor 'vluchtgedrag' in het geval van ernstige bedreiging, iets dat op het onderbewuste niveau plaats heeft. Alleen hetgeen dat er toe doet, alleen dat wat je kan laten vluchten om te overleven, werkt nog, de rest van het lijf wordt vakkundig uitgeschakeld. Prachtig hoe een lichaam dat instinctmatig oplost. Dat stofje, die endorfine is natuurlijk een lichaamseigen drug. Laat ik nou verslavings gevoelig zijn :-)....
Het verklaart waarom ik in mijn pubertijd zo'n drama van mezelf gemaakt heb, dichtgroeide tot een afschuwelijke 93 kilo en ontzettend ongelukkig was na een verhuizing en een turn- en zwemclub op heel andere niveau's dan mij paste.

De nieuwe energie die nu in mij wervelt is die hele basale energie, een hunkering naar die endorfine misschien zelfs wel.
Doordouwen, niet nadenken, verder hakken in die steenhelling voor een vlak stukje moestuin, die boom in en kop erbij met die kettingzaag, hout op? warmte, zagen, tot je benen niet meer kunnen en je polsen ook zwakker worden door die zaag die een zwaar verlengstuk van je lijf is geworden.

Dat lijfelijke, mijn lijf voelen, die stroming van al die stofjes, hormonen, bloed, mijn botten voelen, mijn huid die door de zon of bramen gestreeld wordt, dat lijf aan het werk voelen zijn, om een sensatie te doorgronden, het te ervaren tot in die diepste vezel, het blozen als ik op de markt weer een complimentje mag incasseren, pijn als er een steen op mijn voet rolt, ik uitglijd op die vermaledijde puinhellingen en me vastgrijp aan een bramensliert, mijn hoofd stoot aan een acacia-tak -dat gun je niemand ;-) - 

Het blijft apart hoe het verleden terug blijft komen als iets onomkeerbaars, een must, ook al verandert alles in je leven.

maandag 26 maart 2012

Filmpje & Foto's

Vanochtend wilde ik even losweken van de rugpijn, waarvan er nog een klein restje als spierpijn wat zit te zeuren. Spier verrekt klaarblijkelijk. We zien al een jaar een enorm nest in de top van een eik zitten. Vlakbij de 'knoeperd' die niet wilde vallen, de verkeerde kant op draaide om vervaarlijk tegen zijn broer aan te leunen. Om dan op de wandeling naar huis het gevaarte te horen zuchten, steunen, kraken en vallen met een takken explosie als klapper op de vuurpijl. Dat nest zou wel eens van de Rode Wouwen kunnen zijn die we gisteren voor het eerst hun cirkels zagen vliegen onder ons en op ooghoogte. Ik heb Marc -en mezelf- beloofd die boom in te klimmen om eens in dat nest te gaan kijken. Op tijd, niet later in de lente. Na het eerste teken dat ze terug zijn, zou het stom zijn als ik deze wolkenloze heerlijke zondagochtend niet zou benutten om belofte geen schuld te laten worden. Marc gaat banden halen voor de moestuin. Hij zet me af met cameratas, ook het filmcameraatje neem ik mee, de groothoeklens laat ik thuis. Dat is me te link daar bovenin. Bijna alle eiken hebben veel dood hout in de top en een open stamvoet waar altijd wel een mierenvolk in leeft. Een dunnere eik is er eens tegenaan gaan leunen en op het punt waarop beide toppen elkaar raken ligt dat nest. Het was een rotklim naar boven, dus eenmaal daar lekker in de lijnen en harnas gehangen en een filmpje geschoten. Engels gesproken om K. op te fleuren die heel erg hard aan vakantie toe is en over 12 dagen zal arriveren.

Je zult ze vast wel kennen; terreintjes met hele stapels autobanden. Vaak achteraf sloperijtjes.  We mogen ze hier altijd gewoon inladen en meenemen. Geen hond die er naar kraait of blaft, geen eigenaar met bezwaar, content zelfs. Waarschijnlijk de vijfde lading. Maar functioneel is het wel! Een pierre seche muur is zo simpel nog niet, zeker niet als grondopsluiter. Je ziet het goed; het is voor ons zomers weer.
 Mooi kleurtje, een hele oude knoestige fortsythia hebben we in 4 stukken gescheurd. De roots bleken onverwoestbaar!
 Alle verplantte frambozen hebben vreselijke haast om ons vroeg in het jaar hun vruchtjes te geven. Als een speer gaan ze. Misschien enkel omdat zu nu in de grond staan en minder in rotsige zandgrond.
 Ook de kiwi heeft -21 overleeft.

 Dat longkruid blijft een juweeltje. Ze staan overal, leuk verspreid en bloeien uitbundig. In Nederland kon je deze plant kopen, dat het lieflijke plantje hier zo maar lekker wild groeit is ons een lust voor het oog.

 Onze perzikboom..... Nu jaa, boom? Misschien een kleine meter bij een halve... In de hoogte haalt hij nog geen meter. Barstensvol bloesem.Bij aankoop had het het label een abrikoos te zijn.... Dit is ook goed :-)

 Even het hellingsvlak van onze moestuin op de foto. We hebben geen kraantje. Als we die wel zouden hebben zou het een helse toer zijn om er uberhaupt op te komen. Die banden werken prima en het is eenvoudiger te onderhouden.

 We kregen eens bolletjes. Rode tulpjes die Marc in de grond zet en dat doet hij op eigen wijze. Hier en daar 1 of 2. Niet dichtbij het huis, dat vindt hij te voorspelbaar. Ook geen overdaad, want we kregen maar 1 zakje rode tulpen. Nu dus, op de meeste grappige en onvoorspelbare plekken staat een rode eenzame bloem te pronken. En 'pronken' is echt een understatement bij het zo voorzichtige verse gras op een verder dorre, fletse en uitgedroogde bosgrond.

Vergeet-me-nietjes, als veldsla verspreid over de open stukjes van paden en moestuin. Speels zie je overal blauwe stipjes verschijnen.

zaterdag 24 maart 2012

energie

Ik heb er zelf geen erg in, ik weet het wel, dat ik nauwelijks nog schrijf en weinig foto's publiceer, ik schrijf ook niet voor het aantal lezers. Of om populair te zijn of te doen.
Afgelopen weken is het sumier geweest voor mijn doen. Dat heeft uiteraard redenen.
"Zou er iets aan de hand zijn?" hoor ik enkele van mijn lezers denken? "Zou ze er zo zoetjes aan mee stoppen?"   Zou kunnen.... Maar nee hoor, ik stop niet met schrijven of fotograferen, ik stop ook niet met het delen van al die letters, woorden, zinnen en belevenissen.
Het is weer lente, dus wederom dezelfde wilde bloemen als afgelopen 3 jaren, dezelfde groet van de rode wouwen die ons komen begroeten door onder ons langs in de gorges hun verkenningstochten te ondernemen. Dezelfde fantastische mistige ochtenden, wakker gekraaid door Emiel, om halverwege de ochtend al de truien uit te trekken en een glas bronwater te drinken in de zon met het beestenspul om ons heen. Dezelfde klusjes die niet vast te leggen zijn op foto, om net als duizenden andere foto's in mijn archief te verdwijnen, want ze zijn al gedeeld, hier, op deze weblog. Dezelfde beleving als ik naar de markt ga en echt ie-de-reen uit zijn winterslaap gewekt, mag begroeten om weer op het terras koffie te doen in plaats van binnen in de bistro. Dezelfde pret als we met Castel en twee katten naar het meer lopen. Voor en na plaatjes van een schoongemaakte stal -buitenkant; bramen maaien en hazelaartjes kort zetten-, de eerste blauwe kleedjes van vergeet-me-nietjes, de immens grote paardebloemen, de uit de grond schietende rabarber.
Of het saai begint te worden hier? Nee nooit, maar om nu in herhaling te vallen is ook zo wat. We gaan er niet zo vaak op uit, op avontuur met picknick, dus ook vanuit die kant gezien weinig vernieuwends om over te schrijven. Ik ben nog steeds 'in de leer' met die Powershot G6, afgelopen week voornamelijk gebruikt om mijn bureau na te bouwen in SpotOn3D. 
Marc werkt zich een bult, binnen aan Meshes, buiten aan het afdakje boven de middendeur en in de moestuin. Afgelopen winter zijn er veel grote stenen, halve rotsen, uit de hellingen gespoeld, een muurtje viel om pardoes op de spruiten en zodoende moet hij weer wat renoveren om de grond tegen wegspoelen te behoeden.
Z'n knie is weer helemaal over, net als ik een spier verrek in m'n rug en me 357 keer omdraai in bed om een pijnloze slaaphouding te vinden die me twee dagen stil laat zitten. Dan maar kleine klusjes als rommelbakjes uitzoeken, was vouwen, beetje vegen op z'n elvendertigste en zo meer van datzelfde wat lamlendige werk.

Maar das allemaal wat oppervlakkig zonder de diepe beleving die mij eigen is. Is er dan toch wat aan de hand?? Ja dus. Niks om me zorgen over te maken. Ook niet voor mijn lezers.

Soms kom je in bepaalde groeiprocessen terecht die zich niet uit laten leggen. Laat ik nu middenin zo'n proces zitten, een essentieel proces waar deze meid sterk van wordt, gezonder ook, blijer en energieker. Maar geen proces om over te verhalen op een openbare blog. Dit als antwoord aan een vriendin die zich al af zat te vragen waarom ik zo weinig schreef en misschien ook aan andere lezers. Het is een groei-moment dat de tijd nodig heeft en me hele dagen bezig houdt, me opslokt en me enorm veel energie geeft. Zoals bijvoorbeeld die acacia 'ff' snoeien, gelijk opstaan zodra Emiel van zich laat horen -das vroeg!!!- en diezelfde energie zorgt ervoor dat ik mijn leven beter en dat bijna 3 volle maanden na 1 januari!
Ik ontbijt sinds kort met twee gekookte eieren, iets dat ik voorheen oversloeg. Ik drink veel water, normaal moest dat water toch echt een smaakje hebben. Ik heb meer discipline, maar geef ook lekker toe als ik een tukkie wil doen of gewoon wil niksen. En deze nieuwe energie mag je 'lente' noemen, of zon, maakt niet uit. Ik kan hem erg goed gebruiken nu de overdaad aan klusjes en werk er weer aankomen.
Komt bij dat er stilte voor de storm is; In april komt er een britse vriendin 10 daagjes op vakantie bij ons en daarna mijn ouders als alles 'mee' zit. April is dus volgeboekt, we kijken er erg naar uit, maar weten ook dat er na die maand wat achterstand zal zijn, eerlijk is eerlijk; gasten is leuk, maar sommige dingen blijven liggen.

Ik beloof dus geen beterschap in de vorm van meer schrijfsels. Ik beloof wel dat ik blijf bloggen, maar even op een ander tempo.

donderdag 22 maart 2012

stekelig

 De doorns van de robinia pseudoacacia. Mooie bomen met eetbare bloemen in de lente en voortreffelijke honing. Minder voortreffelijk en mooi is als je zo'n boom in wilt om hem te snoeien en hij is 3 jaar daarvoor ietswat bijgewerkt. Als knothes staan de nieuwe takken bij elkaar met allemaal om de 10 tot 15 cm twee van deze doorns a 4 cm -gezond, dat wel!-. De boom staat pal naast en half in het muurtje naast de secadou, heeft twee stammen waarvan er één vervaarlijk schuin staat, met als basis een rommelige stamvoet met gaten, scheuren, half afgebladderde bast, begroeit met klimop die zijn takjes en wortels verstopt heeft onder de grove open schors, en tijdens de herfst een glibberige en bruine zwam op een kluitje. De boom heeft het zwaar! 
De eerste klimpartij heeft me laten weten dat de boom niet het eeuwige leven heeft doordat er een tak -diameter van 15 cm- afbrak waar ik op ging staan.
Weg ermee, zou je denken. Maar deze vergroeide oude boom zorgt wel voor de meeste schaduw bij het huis en laten we daar nou juist zo'n prijs op stellen zomers; die schaduw!
Gisteren hadden we een lichte kater van een flink gesprek van dinsdag. Dus zat er 's ochtends geen puf in mij of Marc om deze boom te verzorgen of gewoon helemaal weg te halen. (Vervanging is geregeld, we gaan een jonge linde uit het bos 'plukken' , een iets vriendelijkere boom dan dit schaap in wolfskleren.)
's Middags gaat hij even naar de notaris om te vragen hoe het zit als je een stukje grond wilt kopen en hoe dat werkt met de overdracht. 
(Van 'grond' kun je niet echt spreken, meer rots- puinhelling met bomen! En het gaat ons om de bomen (=hout=warmte). Boven het bospad liggen wat kleine kaveltjes die aansluiten op onze lappendeken, ze zouden 1 groter stuk worden en die ruine bevatten waar onze lauzestenen gestolen zijn. We hebben het nagevraagd, zulke 'grond' kost hier een 1000 euro per hectare!!! Onvoorstelbaar en grappig, dat maakt het voor ons haalbaar en de eigenaar van die lapjes grond is al akkoord dat we het van hem overnemen. Ja gut, wat moet je als Parijzenaar met 3 hectare versplinterde stijle boshelling in de spreekwoordelijke 'middle of nowhere'?)
Terug naar deze ene boom. Er staat een stormachtige warme wind, de lucht is zwanger van iets dat nat en koud aan zal voelen, Marc is er niet en toch ga ik die boom in. Het is een bende, de enige mooie ononderbroken tak die een deel van de kroon vormt leunt -al jaren- tegen de resten van een ooit afgezaagde top. De doorns zijn al link om gewoon die boom in te klimmen. Takje voor takje zaag ik met de handzaag me een doorgang richting die kluit met knoetjes takken erop. Geen pretje, voorzichtigheid geboden. Maar de boom als geheel beweegt niet, ook als er een lekkere windvlaag door me heen wil waaien. Dus gaat de kettingzaag aan en roetsj, ratsj, zaag, wiede wiede waag, alles gaat eraf in no time, behalve die ene sterke tak die met een flauwe boog richting huis groeit. (Het is wel extreem wreed om te zien hoe ik de helft van het kopje van een kleine hagedis heb geraakt met de kettingzaag tandjes. Een bloederig puntje met een ongeschonden lijfje dat zich vast klamt aan de kopse kant van een afgezaagde dikke holle tak. Ik heb zijn schuilplaats vernielt...)
De bende onder de boom is ondoordringbaar met al die doorns en de stugge twee en driejarige takken. Cros kijkt van een afstand toe, Joppie is hem gevlogen, Castel blijft wijselijk in haar huis en de haan ziet zijn kans schoon om met zijn kipjes een uitvoerig bezoek te brengen aan de moestuin. Als Marc weer thuis komt is de boom af en ben ik op mijn gemak van het uitzicht aan het genieten. Het is droog gebleven, de wind blijft warm, ik heb er weer lol in, want de doorns hebben me niet geraakt en die boom is voor de helft af. (De andere stam moet nog geknot, andere keer.)
Marc vecht zich een weg door de venijnige takken heen om papieren binnen te leggen en komt dan helpen met die takkenberg. Dikke stukken als haardblok of paaltje, kleinere takjes gaan gelijk de stookplaats op, die we met wat oude diesel aan de praat krijgen. In 3 uurtjes is  alles opgeruimd en zijn wij van onze kater af.
 Als we op het bankje naast de stookplaats warme choc met slagroom genieten, komen al onze dieren kijken, tokkend scharrelen Emiel en zijn dames onder de boom op zoek naar lekkers, Joppie klimt op en in ons, Castel zit te bedelen om een stukje van een koekje en Cros kletst ons de oren van de kop en kijkt wantrouwig naar 'zijn boom' waar hij altijd zijn nagels op verzorgd. Zijn tak zit er nog aan en tevreden kruipt hij op schoot om zich in zijn klittevacht te laten kroelen. (Die plakken van klitten zijn lastig voor hem, maar met een beetje hulp van onze kant, lijkt zich dat komende maand wel op te gaan lossen.)
Pais en vree, een groot vuur en de beesten om ons heen doet ons alles vergeten dat ons zorgen zou kunnen baren.

woensdag 21 maart 2012

Mesh

<iframe width="560" height="315" src="http://www.youtube.com/embed/doteMqP6eSc?rel=0" frameborder="0" allowfullscreen></iframe>
of
Film 100% mesh
(Ik krijg het nog niet voor elkaar de juiste insluit code voor filmpjes hier toe te voegen. Soms lukt het wel, soms lukt het niet.)

De webshop draait nu een paar weken. We verkopen er 3D modellen, de meeste kant en klaar voor Secondlife, maar er komt een serie artikelen/3D modellen aan die de basis kunnen zijn voor onderdelen van het bovenstaande filmpje.
Net als 2D tekenen op een computer, is 3D ontwerp zeer tijdrovend. Wat ze vroeger met pen en potlood deden, doen ze natuurlijk tegenwoordig met computers. Zo genoten we 'vroeger' van tekenfilms die je niet anders kunt noemen dan tekenfilms, getekend.
De supergeavanceerde animatie-films van tegenwoordig, worden nog steeds 'getekend', met de computer en dezelfde programma's die Marc gebruikt voor zijn tamelijk eenvoudige ontwerpen. Omdat het toch ons werk is, kan ik het niet laten weer een voorbeeld te plaatsen. De naam 'Animatie' komt van deel twee van het maken van zo'n filmpje. Vroeger was het zaak van heel veel tekeningen met kleine verschillen van armen en beentjes en misschien de mondjes en ogen, snel doorgebladerd om het geheel te laten bewegen. Althans, de suggestie werd gewekt. Nu gaat dat animeren met de computer, uiteraard. Ook geen sinecure weet ik sinds kort door Marc's werk.
Wat het filmpje laat zien, de scene, vind ik nou niet bijster interessant. Een motorrijder -mijn gedachten gaat even uit naar de terreur in Toulouse!!- uit de toekomst die een gevecht aan moet met één of ander machinaal vliegend wezen.
Wat me zo aanspreekt is een grote stad die volledig is opgevroten door de natuur. Hoe mooi kan een stad zijn. Want ik hekel steden sinds een paar jaar. Voor mij is daar weinig tot geen pracht te bekennen, geen authentieke geuren en geen eerlijk groen -op het onkruid in de stoep na dan- .
Verder de kwaliteit van deze animatie-film die 100% mesh IS, fantastisch en van hoge artistieke waarde.
In meshes kan alles, maar ja, het blijft als pixels op een beeldscherm staan en bewegen.

Ik kon het echt niet laten, mesh, een vloek en een zegen dat dat op ons pad kwam.

dinsdag 20 maart 2012

impressie

 forellen
vers
gerookt
gebakken
beetje kruidenzout
zo kan Frankrijk smaken

 eilandjes van mos op onze daken
hardnekkig
ze lijken steen te vreten

Sleedoorn bloesem
kleuren die enkele boom
hier en daar
ze beloven licht, geur, vruchten en leven

dinsdag 13 maart 2012

Natuur

Tijdens het schrijven van deze log luister ik deze Muziek , niet 1 x, nee zolang het schrijven duurt.


Soms is een glas gevuld met ijskoude geschudde karnemelk met wat siroop naar smaak erg lekker. Maar karnemelk is wat lastig te krijgen hier. Ik kocht vorig jaar in NL de Kefirkorrels en was er eindelijk aan toe om dat eens uit te proberen. Eigen drinkyoghurt of karnemelk of yogidrink!!! En lekker!!!!!!!! Kefir heeft wel bijna dagelijks even de aandacht nodig om het 'plantje' te laten leven. Maar dit experiment is een voltreffer gebleken. Tuurlijk kunnen we hier gewoon gezoete drinkyoghurt krijgen, maar dit scheelt een berg aangezien we altijd al houdbare melk drinken. Wat gekoeld niet van verse te onderscheiden is. Met vers bedoel ik uit de super, verpakt in een pak of fles. Ik vond de verse melk vaak maar waterig smaken. Kefir; onthouden, zo simpel.

Vandaag vond een blok hout het nodig m'n Lief tijdelijk uit te schakelen. Dat gehak, gezaag, gekloof, gesjouw, en nog verbranden ook! Geen enkel respect lijken wij te getuigen voor het hout, of misschien waren het de bomen zelf die hem wilde zeggen dat het wel even welletjes geweest is. Vanochtend zaagde hij namelijk in de stralende nog frisse ochtend zes flinke eiken om. Prima bomen, niks mis mee. Stonden niemand in de weg, waren al de pubertijd ontgroeit. Bij de eerste boom vliegt de ketting van het 50cm blad af. Zonder dat kleine kettingvangertje onderop kan zo'n ketting toch je pols in schieten, op volle toeren. Dus een gewaarschuwd mens was hij vanochtend al. (Gewoon verder lezen hoor, er heeft geen bloed gevloeid!)
Voor het middagmaal -aardappels vlees en groente :-) - wil hij nog even stamstukken van de beuk beneden bij het ravijn gaan kloven. Veelal met een wig en een blokhamer en liefst gewoon met de kloofbijl. Hij kan zijn agressie er wel lekker in kwijt. (Het belazerd zijn door dat mens die ons nog wat schuldig was als nieuwe eigenaresse van zijn bedrijven.) Toen kwam dat blok in een rare hoek van dat stamstuk af, onzichtbaar snel met een punt tegen zijn mediale band. Misschien de aanhechting met de spieren. Want na wat vloeken en tot 10 tellen op een andere stronk, werkt hij nog een uurtje zo door, loopt naar boven voor het eten en doet zijn verhaal.
Vallende eiken.
Een knoert die pal naast broederknoert staat, wil de verkeerde richting uit vallen... de onze. Maar hij blijft tegen broederknoert aanleunen. Dat ziet er link uit. Na nog een paar eiken besluiten we dat het wel even genoeg is. Deze zes mogen drogen en als we weer eens tijd hebben, maken we er wel weer 'gehakt' van.
We lopen saampjes naar huis, ik wat spullen, hij de zaag en de onmisbare fles water. Deze helling ligt boven ons huis, boven het bospad aan de andere kant van het ravijn. We horen kraken... Dat typische kraken van een boom die zijn grip verliest, na jaren al schuin gestaan te hebben, weggedrukt, hoog bejaard en niet meer bestand tegen die volgende storm. Hij die loslaat, zich overgeeft aan een volgend bestaan. We horen dit vaak galmen in de gorges, het kraken eerst, rustig en bedeesd, bijna een waardig kreunen, maar we zien het nooit, kunnen alleen maar gissen waar die eindklap vandaan kwam in een kloof die geluiden wegdraagt. De klap van een boom die te pletter slaat op zijn eigen geboortegrond is indrukwekkend. Nu wisten we welke boom het was, de grootste die dreigde onze kant op te vallen. Een puinhelling zo verraderlijk dat we niet weg kunnen rennen, niet snel genoeg in ieder geval. M&M door de bocht. En zo draaien we ons alletwee verrukt om, om de massieve eik te zien 'gaan'. "Laat maar los!" roep ik altijd naar de boom als de kroon gaat praten.
Na het eten wil ik de zon mijn wenkbrauwen aan het werk zetten, mijn oogleden, ogen en wimpers. Mijn huid mag ruiken, mijn oren voelen, mijn neus mag zien als mijn tong maar mag blijven proeven. Van die zelfde zon, het meer, de bloemen, de wind en de bloeiende wilgen die her en der op de hellingen zilver staan te glanzen. Sport top en korte broek, Castel mee en de camera. -Waar ik gelijk de groothoeklens op zet, want dan lijkt ie veel meer kleur te vangen. Ik heb nergens aangezeten met mijn photoshop-handjes. Op de modderhond na dan.-
Marc gaat een tukkie doen. Ik leeg de brievenbus, een heerlijke wandeling van 7 km, peanuts. Foto's zijn mijn getuige dat ik als niet-wandelaar zomaar ga wandelen. Ik heb het gevoel dat ik het nieuwe seizoen vandaag mag gaan begroeten, in m'n up, even mijn realiteit in, die veel mensen als een droomwereld beschouwen. Castel vindt een ree en is dus compleet uitgedroogd als ze mij bij de brievenbus weer terug vindt. De eerste de beste modderpoel duikt ze in om even af te koelen, plat op haar buik, water, water, koelte! Ik zou nu best het meer in willen duiken, verlangend zie ik de rotspartij aan de overkant waar ik vorig jaar met dat varkentje in die poel nu, vanaf dook om terug naar huis te zwemmen. Maar het is nu smeltwater temperatuur en vanochtend stond het leeg, dat doen we dus maar niet.
Weer thuis tref ik een ontredderde echtgenoot aan. Na zijn dutje kon hij écht niet meer lopen. Dat blok hout en de rest van de 'Enten' groeien langzaam, spreken langzaam en de boodschap kwam iets later over dan dat wij van mens en dier gewend zijn als ze boodschappen uitzenden. Ik heb mijn Lief nog nooit zo'n pijn zien hebben, en dat is echt pittig! Meestal ben ik die gene die pech heeft of door lompigheid me bezeer. Ik vertroetel hem, maar de wenteltrap is even wat gevaarlijker, hij gaat vroeg naar bed en vanaf morgen laten we het bos maar eventjes met rust.

Het afdakje :-) Er komen nog lauzes op.

zondag 11 maart 2012

dagje toeren

Meestal zijn onze toerdagen vol van ontdekkingen, weergaloos mooie foto's, een lekkere maaltijd tussen de middag die in het minikeukentje is klaargemaakt en frissen we ervan op. Gisteren eens niet.
Alle ingrediënten waren aanwezig, alleen de koude wind stoorde bij het hier en daar de auto uit, een helling op om een boom te knuffelen, een ruine te bewonderen of even rond te kijken.
Dat de vallei van de Lot bekend is en veel bezoekers trekt ieder jaar weten wij ook wel, maar dat het gebied zo 'dichtgetimmerd' zou zijn niet. Veel pistes leken aantrekkelijk om in rond te crossen, totdat we ontdekken dat veel paden zijn afgesloten door een prikkeldraad hekje of een omgevallen boom. Net zo veel zijn er niet opgehouden en zo dicht gegroeit dat er ook geen beest van een 4x4 doorheen kan. Niks erg, we nemen het volgende pad wel met als resultaat dat we op weilanden uitkomen omzoomd door bossages.
Wel zien we weer magnifieke bomen staan met stammen zo vergroeit dat de ouderdom niet meer is in te schatten. Vijf beuken die samen toch echt op 1 stam staan met een kroon zo breed dat die niet te fotograferen was, ook niet met een groothoeklens. -Of ik had met mezelf manshoge oude bramenbossen moeten gaan 'masseren', maar liever niet.
Ook het restje macaroni smaakte niet zoals gehoopt, een toetje was ik vergeten en de koffie viel te sterk uit, al had ik die bak wel hard nodig, want slapen tijdens volle maan is en blijft een debacle.
Veel foto's vallen zo flets uit alsof de camera ook wintermoe is. Zo flets is het licht, de zonnestralen op de kale gladde takken, het dorre droge gras en de rotsen. Dan maar een beetje photoshoppen om de kleur terug te toveren. Tot overmaat van ramp, maakt Lief wat foto's van mij tot de geheugenkaart vol is. En ik ben niet zo'n erge zeikerd, maar ik op foto's?............... toch liever niet!

Een schitterende muur, zomaar ergens in een bos. De stenen lijken zo in balans te liggen dat ernaar kijken een risico lijkt. Dit was een juweeltje, ook al was het alleen maar een muur.  

 Een sequoia, schitterende bomen!

 De omzwervingen brengen ons in Estaing, een plaatsje dat onderdeel is van de Santiago de Compostella. Het is meer burcht/kathedraal dan stadje en je zou zeggen dat Frankrijk er trots op is? Waarom leggen ze dan geen 'bypass' aan voor het verkeer? Nu zijn de meeste 'Tudor' gebouwen verziekt en de paar honderd inwoners kunnen de aanleg van zo'n bypass niet betalen. 

Een leeg gebouwtje, niks bijzonders, maar ik kan het niet laten om daar een foto van te maken.


 C'est moi




Vorig jaar oktober zijn Marc en zijn vader begonnen het pad onder de stal door te trekken. Maar ook de helling naar boven richting stal heeft een metamorfose achter de rug;
Alle hazelaars zet Marc kort, we kijken hoe daar het bronwater de helling afstroomt en kunnen zo inschatten waar we het pad moeten draineren, ooit, een keer. Er komt een leuke berg stammetjes van de helling die volgend jaar al te stoken zijn. Hij laat wat elzen staan, lindes met potentie, een enkele jonge eik en de naaldboompjes.

vrijdag 9 maart 2012

Recept; Eend met Whiskey

heerlijk recept voor dit weekend;


EEND MET WHISKY !
Koop een eend van ongeveer 5 kg. Twee grote flessen Schotse whisky.
Spekreepjes en een fles olijfolie. 
De eend larderen en de binnenkant
inwrijven met peper en zout. 
De oven 10 minuten voorverwarmen op 180
graden. Een longdrinkglas voor de helft vullen met whisky. De whisky
opdrinken tijdens het voorverwarmen van de oven.
De eend op een vuurvaste schotel leggen en een tweede glas whisky inschenken. 
Het tweede glas whisky opdrinken en de eend in de oven zetten. Na 20 minuten de oven op
200 graden zetten en 2 glazzen vubben met whisky. De glazzen opdlinken en  de
scherven van et eeiste glas oplaapen. Nog een haiff glav insjenke en
opdlinke. Na en haiff uui , de hoven opedoen om deeend te sjekkn.
Blantwonezalf in de padkamer ganaale en op de povekand van de linkerhhand
toen. Denove opedoen naadatet eerste glaf leeggis en de sjotel vastpakke.
De blantwonderzalf op de binnekand van de regtehant toen en deent oprape.
Deent nogis oprape en met nen nantdoek de bwantwondesalv van deent vege.
Ze hande ontvette me viskey en de tupe ssalf veeroprape. Tkapotte
galzzopvege endeent terug in dehove doen. Deheent oprape en dove eers
opedoen. De twwwiede fjes biski pedoen en overeindzette. Opstjaan van de
vjoer ent vetssspek ondrde kastt vege. Nogis opstjaanvan de vjoer en tochma
blijve zjitte. De vvles op de gjondzjette. Uide fjes djinke wande glazzze
sijn opof kabot. Denove aftette deooge sljuite en omvalle.

Tanja, bedankt!!! :-)

La lune





Ze was er weer, in volle glorie met steeds wat prisma verlichte wolkjes die met een vaart voorbij dreven. Het bos was stil rond deze maart-middernacht. Ik sluit Castel even op als ik met een licht plastic tafeltje, een flesje drinken en camera erop uit trek. Jammer voor haar, maar als die meegaat 'uit wandelen' laat ze me ontzettend schrikken door plots vanuit het niets op te duiken, om van geschrokken nachtdieren nog maar niet te spreken. Zelfs de uilen houden hun snavel en de windvlaagjes die er zijn tillen nog geen uitgedroogd blad op. Het vriest een aantal graden, maar ik heb het kort gezegd heel warm terwijl dat koele hemellichaam het mijne toch schijnt te verwarmen alsof ik naast een kachel zit.
Ik kom niet echt op gang met de studie naar de werking van mijn nieuwe Powershot, maar dit moment is perfect voor wat experimenten met nachtshot, flits of geen flits, zelfontspanner en zoom. Het valt niet mee en een echt scherpe foto heb ik niet van deze aantrekkende lichtbron.

Het weer was gisteren typisch maarts, dreigende wolken, het dek niet dicht genoeg om de zon te weren, een bedrieglijk koude wind en op de markt leek iedereen weer uit winterslaap gewekt te zijn, maar toch stonden we te blauwbekken en viel de sneeuw als as uit de bewolkte en hier en daar blauwe hemel.
Ik kon eergister nacht al niet slapen door dat alles doordringende maanlicht. Het lijkt dwars door planken, asfaltpapier en een dikke laag lauzestenen heen te dringen. Ik maakte me gisteravond dus geen illusies of ik zou kunnen slapen en hoopte op een wolkenloze hemel.

Marc heeft het dak van het woonhuis nu eindelijk dicht. Het ziet er strak uit, nu even wachten tot het niet meer vriest, anders vriest het cement waarmee de nokstenen vast worden gelegd kapot. Hij maakt ook een dakje boven de middendeur. We blijven anders de deur verven ieder jaar die daar niet van opknapt. Het opspattende regenwater en het ontbreken van een dakgoot veroorzaken de snelle slijtage, dat is jammer.
Ik zaai al wat voor, verplant de bleekselderij die in de kas stond, rommel maar wat aan, net als met die maan.

Met Emiel gaat het prima, hij kukelt drie langere periodes per dag. We dachten dat de kippen van de leg waren. Totdat we Castel's hele huis vol zien liggen met eierschalen. Zij weet dus wèl dat ze leggen en waar. Maar we kunnen moeilijk heel de ochtend op wacht gaan zitten op het terras om te wachten tot we haar weg zien sluipen. We leggen maar een lok-ei in de legbakken in de hoop dat de twee kipjes zich zo slim tonen als voorheen. Emiel is inmiddels wel gewend aan de katten. Die beesten kende hij nog niet en bij het zien van Joppie was het alarm slaan. Nu laat hij Cros een restje aardappel eten terwijl hij er vlak naast zich ook te goed doet aan deze gekookte knol.  De katten vervelen zich. Cros wil actie en doet zijn best Joppie, Castel en ons zover te krijgen dat hij een reden heeft om te bijten en te boxen. Joppie is op het vervelende af aanhankelijk, je kunt geen stap zetten of even gaan zitten of hij zit op schoot of probeert je met kopjes al miauwend ervan te overtuigen dat hij geaait moet worden.

Vergeet-me-nietjes, bosviooltjes, wezerik, veronica, longkruid; ze zijn er al, de kleine kleurige voorbodes van de lente. Minder vriendelijk maar ook voorbode zijn de bramen en brandnetels. Kleine wilgenkatjes, groene knoppen in de uitgebloeide hazelaars, nieuwe blaadjes in de buxus, zachte aarde die nog niet geurt, de lente komt eraan.

maandag 5 maart 2012

K unst

Twee voorbeelden van virtuele en of digitale kunst
Beide 100% MESH, hetgeen waar ik afgelopen tijden over schrijf als ik het over 'ons werk' heb
Kijk, luister en geniet.... of niet
K unst
K unst

vrijdag 2 maart 2012

camera experimenten

Nadat ik een klein beetje -echt een heel klein beetje maar hoor- op mijn kop kreeg over mijn dromerige aard waardoor ik niet vooruit te branden ben, jaag ik mezelf moedig om half 8 uit m'n warme bed.
Laatste weken slaap ik slechter in om de één of andere reden en bleef ik hangen in het ochtendwerk achter de pc terwijl de vogels het voor elkaar krijgen hun gezang door het dubbelglazen raam heen te laten horen. De aarde en de lucht flink snel opwarmt 's ochtends en Marc 'al lang' zich in het zweet heeft gewerkt buiten.
Na de heerlijke vrije dag bij Bart met de belofte dat de volgende keer er een hottub staat mèt warm water en de dag vol dromen -waarin ik wel huishouden doe, opruim en een start maak met een nieuw frambozenstrook in de moestuin- kruip ik 's ochtends al de puinhelling op met zaagrugzak -zwaar!- en de grote kettingzaag om voor de komende 10 dagen hout te 'hakken'. 's Middags gooien we het in te kloven bonken het bospad op en krijgen het nog net voor elkaar de auto met twee rijen hout te vullen voor we bekaf naar binnen gaan. Deze dagen stoken we alleen de schouw 's avonds, overdag is het echt niet nodig, staan de deuren gewoon open en stapelen de warme werkvesten zich op, op een stoel rond de grote tafel. Ook de kachel blijft uit, dat scheelt een berg hout en gewend aan de kou vinden we het ook niet nodig.

Vandaag probeer ik wat producten te back-uppen met een speciaal daarvoor gemaakt programma. Dat programma deed het al twee volle jaren, maar nieuwe 'Terms of Service' van de virtuele werelden gooien vaak roet in het eten van programmatuur die voor die werelden gemaakt is. Vanmiddag zou ik eigenlijk naar aquagym en sofrologie zijn gegaan, maar .... er is zoveel werk, de zon schijnt, er staat een vriendelijk briesje en na het eten en de afwas moet ik al bijna weg wil ik ook nog een klein kwartier de sauna in. Kwart over drie weg om rond 7 uur 's avonds weer thuis te zijn zou een grote aanslag op mijn werklust betekenen.
We gaan wat aan het hekwerk doen dat langs de piste op ons terrein loopt. Het is overwoekerd door hedera, bramen, heide en brem, heeft alleen maar rotte paaltjes en het ziet er alles behalve bewoond uit zo.
Ik klim de helling nog even op om nieuwe paaltjes te zagen. Dat houdt in; dode rechte boompjes zagen en verse jonge kastanjes die het toch niet lang maken door de boktor-larven.
Het is ouderwets lekker; rommelen in je hemd, Castel rond ons heen knauwend op een stuk hout, sapje, grapje en oude paaltjes die ook weer zorgen voor 24 uur warmte in huis.

Omdat ik nog niet naar binnen wil, maar wel bekaf ben, gaan we nog even met camera naar de rivier waar Marc grassen wegbrand, Castel helemaal uit haar dak gaat door het zwemmen om zich daarna in as en zachte aarde te rollen wat een heel vieze hond oplevert. 
Zie hier de 2e resultaten van foto's maken met groothoeklens aan het einde van de dag. Vraag me niet welke instellingen ik allemaal gebruikt heb. Een klein stapje dichterbij camerabegrip ben ik wel, maar ik voel me nog een enorme amateur, kinderhanden die dat te mooie stuk speelgoed vast mogen houden.

 Marc net nadat de zon achter de berg verdween.


 Vieze blije hond


Avond-boterham-salade


 De maan staat links net boven het midden, per ongeluk, ik was meer onder de indruk van het blauw met de nog kale takken.

Shades.... 


Veldje platbranden, oefenen voor het grotere werk minder dicht bij water! 

De woonkeuken met een groothoeklens. Let niet op die tafel, de rommel erop valt nu nog mee. Hoe groter de tafel, hoe meer rommel wij erop laten staan. Soms tot grote ergernis, maar ach.....