Om 6 uur zondagochtend staat hij op. Voor de koffie wil hij een lading stenen en grint halen om de hoek. Een ruime kilometer terug op de piste ligt een oude steengroeve waar een grote wijnboerderij van gebouwd is, inmiddels een met klimop overgroeide ruïne. Met de rommel aan stenen die nooit ontgonnen zijn, probeert hij te voorkomen dat het hier een ruïne wordt.
De warmte voor zijn om nog wat buiten te kunnen doen.
Dit voordat we ons binnen verschansen met gesloten ramen en luiken. Dat is het
zomerritme van het eenvoudige maar ook vrije leven.
Dat laatste concludeerde een Nederlandse vriendin die
me volgt op Facebook, ‘dat het toch heerlijk is om een dergelijk vrij leven te
hebben’. Het was geen bijzonder comment.
Positief bedoelt en zeker weten geen jaloezie.
Maar waar menigeen van droomt, dat wat wij kochten,
vrijheid, blijkt anders uit te pakken dan je aanvankelijk zou denken. Voor ons met
voorbedachten rade. We wilden een zeer simpel en zoveel mogelijk
zelfvoorzienend leven om het minstens 10 jaar uit te houden met een zeer
bescheiden fortuin na de verkoop van mijn mans bedrijven.
Ik sla hierbij even over dat wat er restte na aankoop
van ons huis, de crisis de rest deed verdampen in een paar grote brokken. Die
waarheid drong langzaam door, het was moeilijk te bevatten, maar deed absoluut
geen afbreuk aan wat ons hier voor ogen stond. Dit met klem!
Het enige relevante facet blijft dat we ons moe(s)ten
haasten, gedwongen worden te improviseren en te leren accepteren dat sommige
plannen niet haalbaar zijn.
Vandaar dat we ons geen vrachtwagen ladingen bonne terre, granieten bouwstenen op
maat of artisans kunnen veroorloven.
Dan was het bijgebouw inmiddels klaar geweest als
onderkomen voor vrienden en familie of een bijzondere gite. De moestuin had prachtig
genivelleerde terrassen met een goed werkend, natuurlijk irrigatiesysteem. De
daken waren vernieuwd, de isolatie zou zijn aangepast op dit klimaat en deze
tijd, het terrein rond het huis bestraat met de mooi rond geërodeerde steentjes
uit de rivier.
Zo hadden we ons toe kunnen leggen op echte
permacultuur, echte zondagen kunnen hebben met een verse croissant van een 20
minuten rijden verderop en had ik al een boek gepubliceerd op ‘Libelle’-niveau.
(Geld maakt niet gelukkig, maar makkelijk is het wel. Wie schrijft er nou een
goed boek als alles op rolletjes loopt?)
En echt vrij zijn we. We kunnen opstaan en naar bed
gaan wanneer we willen. We hebben geen buren of gemeenschap waarmee we rekening
hoeven houden. Zitten niet verstrikt in de Franse bureaucratie omdat we aan de
regels moeten voldoen. Dit is een keuze. –Het is ook de ligging van ons huis, voor west Europese
begrippen erg geïsoleerd.- Nu is een 9 tot 5 baan hier nauwelijks beschikbaar
en anders onbetaalbaar en te ver weg van huis. Reiskostenvergoeding is een
grote zeldzaamheid en een loon naar kwalificatie ook, gezien de beschikbaarheid
van betaalde banen. Een uur rijden om op je werk te komen is heel normaal. Een
2 uur durende lunchpauze ook. Een auto die 1 op 9 rijdt maakt het een dure en uitputtende grap
om voor het minimum loon te werken a een krappe 9 euro per uur.
Overgekwalificeerd of niet, ervaren vakman of niet, het maakt niets uit. De
tendens; Wees blij dat je een betaalde baan hebt gevonden.
Onze vrijheid bestaat er ook uit dat we in een heel
bijzonder huis wonen op een haast idyllische locatie, te weten midden in een loofbos
in een gebied met zo ongeveer de grootste biodiversiteit van Frankrijk. Dat we
een genereuze bron hebben die ook hoogzomer voldoende water schenkt voor huis,
tuin en keuken met een haast zoete smaak. Dat we voor onze warmte ons eigen hout
kunnen hakken zonder gaten in het bos te slaan of vergunningen hoeven aan te
vragen. Dat we rust hebben, nauwelijks verkeer dat onze katten plat kan rijden
en enkel het geluid van vogels, krekels en de wind door het bamboebos. We
bepalen zo ongeveer alles zelf.
Vrijheid Blijheid?
Ik dacht het niet. Zo is gebleken.
Want ook op zondag is het ’s zomers om 6 uur dag. ’s Winters
is het gedwongen binnen zitten of bikkelen in de regen en de kou. Is het in
alle seizoenen soms lijdzaam toezien hoe met 2 handen en een kwetsbare rug, projecten
in elkaar storten of hoe de bijna droge houtstapel wel erg snel slinkt met nog
2 maanden winter voor de boeg. En maar hopen dat de lente niet te koud of te
nat is. De slaapkamers worden warmer dan het ’s avonds buiten af wil koelen,
een linnen laken is nog te warm, de broodnodige rust niet gevat. De jonge groenteplantjes
opgesoupeerd door slakken en ander ongedierte. Of een hete zomerwind die het
blad in een uurtje zo verdroogt dat je het tussen duim en wijsvinger fijn kan wrijven.
We vinden beide van niet. Maar ermee om leren gaan is
een twee. Het systeem voor ons laten zorgen zoals we gewend waren in Nederland,
was natuurlijk een stuk makkelijker. Je betaalt je premies en wordt dan wel
verzorgd. Van de wieg tot het graf. Zelf vorm geven aan je eigen perceptie op 'in vrijheid leven' is alles behalve 'te doen'.
Ik werkte voor een hovenier, als vakbekwame tuinvrouw.
Ook geen vetpot. Een kleine hypotheek voor een flatje aan een drukke weg en een
gefrustreerde kater op de vensterbank die intuïtief mekkert naar de vogels die hun eigen kostje bij elkaar kunnen scharrelen. De dojo schoonmaken om mijn lidmaatschap
te voldoen en 3 a 4 keer per week eten bij mijn moeder. Ik had net geld genoeg
om mijn oude Daf 66 vol te tanken en nauwelijks tijd, of vrije tijd. Of
vrijheid. Ik had buren, rekeningen, ergerlijke toestanden met nuts-aanbieders,
onbegrijpelijke belastingaanslagen, ongekende mogelijkheden tot subsidies die als
een bos waar je de bomen niet meer ziet voor me opdoemden. Eten kon goedkoop
ingeslagen worden, maar de kwaliteit ervan was dubieus. (Iets dat ik me toen
nog niet besefte, wat hier met de palepel wordt ingegoten. Er is immers weinig ‘troep’
te koop, de Fransen op het platteland blieven het niet.) Een te veel aan
keuzes, ik maakte per definitie de verkeerde.
Inmiddels een ruime 5 jaar in Frankrijk. Dubbel
failliet. Het huidige systeem van sociale voorzieningen inmiddels een gruwel
als je het wel beschouwt. Vrijheid is te koop, maar je zult wel offers moeten
brengen, los moeten laten dat wat houvast gaf. Het houvast komt tenslotte niet
van buitenaf, gedwongen door omstandigheden of niet. Het is geen vrijheid je te
conformeren aan –vaak absurde- regels en wetten om er zo zeker (?) van te zijn
dat er een ziekenhuisbed voor je klaar staat. Of een subsidie hier en daar. Of
de voedselbank.
Het is vrijheid te werken voor een volle vriezer, met
eigen handen weten te vullen. Het is vrijheid om midden op een snikhete dag
niet de auto in te hoeven om kou te vatten op een kantoor met airco. Maar
binnen op de bank een boek te lezen, 7 dagen per week. Het is vrijheid een
praatje te kunnen maken met een postbode die het nog leuk vindt om 3,5 km
bospad te rijden om een pakketje af te leveren en enthousiast verwelkomd wordt
door een blije hond en diens eigenaar. Het is vrijheid diensten te ruilen voor
producten en andersom. (Ook bij wet verboden, maar men heeft er hier merde aan.) Het is ongekend om ’s avonds
buiten eigen thee te drinken en de vleermuizen te zien fourageren terwijl 2
uilen besloten hebben te palaveren. Het is vrijheid een stuk openbaar bospad af
te kunnen zetten om je 2 ezels te laten grazen, zonder dat de mensen dit vreemd
of onacceptabel vinden. (Welke mensen?)
Ik prijs iedereen die de vrijheid ook kan ervaren in
een kleine flat op 6 hoog met een poes die mekkerend de vogels buiten
gadeslaat, gelukkig. Maar het zal nooit meer mijn vrijheid zijn. Eenmaal grondig geproefd van dit vrije leven, is er geen weg meer terug. Vrijheid is geen blijheid. Vrijheid is vrij.