Met een flinke mok zwarte koffie word ik wakker op het
terras van de gite. De oude schuur is verbouwd tot split-level luxe onderkomen
waar ik mezelf kan laven als een swarovski-beeldje in een doos met
wattebolletjes. Zo vroeg in de ochtend verschuilt de zon zich nog achter de
heuvel, maar de ezeltjes van Pierre worden al langzaam wakker en staan
verspreid op de kort gegraasde weide allen met de flanken in de zon. Een
eigen-wijs knabbelt van een essentak die Pierre gesnoeid heeft. Wat hij
trouwens op een ladder doet met een kettingzaag, de baas is tegen de 80, gaat
iedere ochtend om half 10 met een krant de bosjes in gevolgd door zijn wat
valse eenogige hond Papi, om zich daar te ontlasten. Het blijkt dat het baasje
zich wat verwaarloost, geen badkamer heeft en zich misschien 4 keer per jaar
wast. Hoe? Dat is een raadsel, maar meer als een paar keer zal het niet zijn.
Als geuren kleuren zouden hebben…..
De kudde koeien die al terug gehaald zijn van de hoger
gelegen weiden, proberen de quad van de boer bij te houden. Al loeiend, want ze
hebben wel zin in ochtendgymnastiek nu ze zich opmaken voor de winter dicht bij
de stal. Zo dicht bij huis als ik nu zit is het toch een heel andere omgeving,
met uitzicht en een zonsondergang die voor prachtig avondrood zorgt. Voor langere
termijn is me dit toch te saai, zou het verkeer op het kleine weggetje me
storen, enkel trekkers, vrachtwagentjes en quads en zou het ontbreken van
natuurlijke duisternis me uit de slaap houden, want hier is natuurlijk
straatverlichting die het zicht op de sterren ontneemt.
Het kasteeltje staat aan het einde van een naamloze weg dat
net het predicaat landweg is ontstegen, omringd door drie huizen met evenveel
schuren. Een paar enorme naaldbomen en coniferen ontnemen het zicht op twee van
de drie ronde torentjes, het toegangshek allang verdwenen, de pilaren versiert
door kleurrijk mos met een enorme paardenkastanje die het licht wegneemt wat
eens de rozentuin geweest moet zijn. Schapen grazen af en toe het gras kort van
het veldje dat toegang geeft tot het tweede hek. Het is het meest schattige
kasteeltje dat ik ooit zag, en ik heb er vele gezien in Frankrijk. Onbekend
maakt onbemind en helaas zal het niet te koop worden aangeboden op de zo
treurige huizenmarkt, het is van 2 broers en een zus die het geen van drieën
kunnen opknappen of bewonen, maar het ook niet van de hand willen doen, het
kasteel is gedoemd tot verval. De houten lamellenluikjes hangen veelal nog in
hun scharnieren, waarschijnlijk omdat ze allemaal gesloten zijn. Het geheel
geeft een treurige uitstraling met de enorme scheur in een van de torens
begroeit met klimop, de verwaarloosde taxusstruiken die het zicht ontnemen van
de eeuwenoude muren. Dit is nou echt Frans erfgoed dat gekoesterd zou moeten
worden en misschien subtiel uitgebaat om het te onderhouden. Ik ken helaas geen
rijke mensen met een passie voor een spul als dit, zonde zonde zonde….
Ik ga een einde breien aan mijn korte vakantie, want dat is
het wel. Lekker luieren, BBC kijken, ja heus, er staat hier een grote TV,
uitslapen (dat kan natuurlijk thuis ook nu Emiel er niet meer is) en badderen
met een boekje. Als dank maak ik dit luxe onderkomen schoon voor de gasten die
morgen arriveren. Meer kan ik niet doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten