zondag 24 augustus 2014

Eigen boontjes doppen en ander werk


Ik ben in het diepe gesprongen. Zo'n 6 jaar geleden toen we besloten de Nederlandse boel de boel te laten en te vertrekken naar het midden van niks om daar wat te gaan rommelen. Simpel te leven. De eigen boontjes te doppen en zien wat er gebeurt. Alles volkomen onvoorbereid, vertrouwende op 'het goed kunnen zwemmen'.
Er gebeurde genoeg. Zo niet veel te veel. Dit terzijde.

Dat eigen boontjes doppen vroeg om een grote ingreep op de helling net onder het huis. Oude terrassen waar ooit wijn stond waren verworden tot een bos. (Ruim 60 jaar geleden heeft een ziekte alle wijnranken gedood, wat ook de cultuur en de verdeling van arm en rijk zo veranderde dat er een verschuiving plaatsvond. De rijken onderin deze kloof vertrokken, de boeren op de plateaus werden 'rijk'.)
De crisis verdampte in no time de opgebouwde reserves, het improviseren en het aanspreken van nooit gebruikt vermogen tot creativiteit was direct vereist.
Maar er was nog tijd om met een hak, een kettingzaag, een takkenschaar en gezonde lijven dat bos te lijf te gaan. Er ontstonden open plekken in de begroeiing die na een zonnestraal of twee de grond verhardde als was het baksteen met stukjes graniet en kristallen. Niet getreurd, we hebben de tijd. Waar haal je trouwens mest vandaan zonder buren in een straal van 5 kilometer? 
altijd een foto van de eerste potten boontjes
Nu staan er dankzij die mest meer dan 70 potten geweckte boontjes in het voorradenkot. Zeventig potten is als ongedopte boon een grote eettafel vol. Dat doppen is monnikenwerk en gelukkig wordt het oogsten verspreid over het seizoen. Maar het blijft niet bij boontjes. 

nooit vervelend werk
Ongeveer om 7 uur op. De ketel met water gaat op het gasfornuis, als we vuur in de schouw hebben is het wat langer wachten op de thee en koffie. Computers aan en niet alleen voor de sociale contacten. Het ontwerpen van 3D objecten kost ook tijd. Het betaalt 1 rekening per maand en vult 1 keer een tank van onze diesels. Dan de dieren verzorgen. Als we varkentjes hebben krijgen die een stuk brood en wat aandacht. Dan de ezels een peentje om onderwijl de honden eten te geven en ze wat aandacht te geven. (nu nog tijd vinden de ezeltjes te trainen voor het zware werk, een dagtaak?) 
Met goed weer werk ik in de moestuin als Marc geen hulp nodig heeft met het onderhoud van de gebouwen. Allemaal handwerk met gevonden of oude materialen. (Wij doen aan dumpster diving.) Halverwege de ochtend neem ik pauze door thee te zetten en vast vlees en of brood te ontdooien. Dan hoef ik de magnetron niet te gebruiken. Huishouden gaat tussen neus en lippen door. Mest ruimen is ook een klusje dat ontspannend is, maar ook dat kost tijd. Eens in de zoveel tijd halen we het met de pickup truck naar boven, klaar om in de moestuin verspreid te worden.
's Middags een warme hap om daarna met zelf gemaakt afwasmiddel de keuken schoon te maken. Wonend in een bos betekent dat alles dat buiten is, ook graag even binnen komt kijken. Of eten en drinken. De hygiĆ«ne is anders, maar niet minder belangrijk. Kost tijd en aandacht, dit met alle liefde. 

Bij slecht weer zijn we al vanaf het begin af aan het wooncomfort te vergroten. Eenmalige projecten, zoals de renovatie van de daken, de wenteltrap, de boekenkast op maat met oude planken van de oude trap, de CV aanleggen, keuken verhogen. Er gaan jaren overheen. De basis lijkt hier nooit af. En toch gaat het door.

'ff' een wenteltrap maken om zo heel luxe binnendoor
naar de badkamer en het toilet te kunnen.
Tijdens de oogsttijd, ongeveer vanaf mei (bosaardbeien, voor je daar een pondje van hebt ben je een middag verder) tot en met eind november, is het hollen. Het oogsten, conserveren & verwerken, het onderhoud, zodat je tussen het onkruid ook nog groente ontwaard al dan niet opgegeten door (on)gedierte. Het kost sloten, tijd. Voor ons voorlopig dus geen bergen aan girolles en cepes, het afstruinen van de bossen voor deze lekkernijen doen de toeristen of op een gestolen morgen.
Bosaardbeitjes naast die van gekochte plantjes.
Ongedierte-bestrijding gaat hier met de hand. Slakken rapen we en gaan als toetje naar de varkens, die zijn er dol op. (Ooit gehoord van vleesvarkentjes die escargots als toetje krijgen?) De vuurwantsen was een probleem. De nymfen tasten jong groenteblad zo ernstig aan dat de groei stopt. Ik heb lang gezocht naar een remedie, lang leve internet. Vele omzwervingen later maakte ik een connectie tussen het rotbeestje, dat hier een invasie is gestart zodra wij gingen ontginnen, en absint.  Niet het drankje, maar het plantje. Gedroogd en in wat water uitgekookt is zwaar giftig voor deze wants. De waardplant staat hier als vaste wilde bloem, de Lavatera. Iedere zonnige dag tik ik ze slaperig uit de plant zo in een potje met absint-aftreksel. Het stinkt, het kost weer veel tijd, maar zowaar hebben we dit jaar wel mooie broccoli en heuse bloemkooltjes.

Stoken op eigen hout is als een zegen. Minder is het terrein waarop we dit moeten doen. Die mooie eiken staan namelijk niet keurig langs het pad waar een auto komen kan. Die moeten op dat pad getrokken worden en een Defender pick-up is geen New Holland tractor met aftakas. Voor 1 stookseizoen hebben we ruim 30 kub nodig. Dat is veel, maar onze ketel is niet de jongste, 2e hands is nog steeds te prijzig en met bomen werken in het bos vinden we beide geweldig. Dus en als....
Het weer het toelaat. En dat valt niet altijd mee. Het klein maken en versjouwen maal 2 keer. Leuk om te doen, maar zwaar en tijdrovend. Een natte winter betekent zuinig met stoken. Gelukkig hebben we veel truien en dekens en aan de kou wen je.
Door maandenlange regenval of extreem warme weken lopen we vertraging op. Niet alles is een jaar uit te stellen, de achterstand na 1 week werkbaar weer niet ingehaald. 
Brembossen voor de oven.
Deze vlag gaat vaak op voor het vergaren van bossen brem. (80 bossen om de broodoven 1x te stoken voor een voorraad van +/- 70 broden, 1m2 pizza, laat in het seizoen de geroosterde walnoten en een 30 kleine cakes; dit doen we 2 tot 3 keer per jaar wat net voldoende is om niet aan het witte Franse brood te hoeven dat voor ons duur is, heen en weer voor een brood is 1 uur rijden.) En varenstro, dat we in de stal opslaan als bed voor de varkens. Die bossen knippen (ook dit staat niet in bosjes langs de kant van de weg), thuis brengen en te drogen leggen (in de hoop op weinig regen) kost minimaal een week.

Voor het eerst een kleine perzikboom die zichzelf gesnoeid heeft door een overdaad aan vruchten. 'Knak' zeiden de dikste mooiste takken. Het kleine boompje heb ik voor 7 euro in de supermarkt gekocht als abrikozenboompje. Het had geen bek om in te kijken, daarom nu tussen de buien door redden wat er te redden valt en op siroop zetten tussen het wecken van de boontjes door. Niet vergeten de tomaten steun te geven, de snijbonen te helpen klimmen en stokken te plaatsen bij de eeuwig moes en spruiten. 

Een zwembad aan een meer? Onzin, het pompenhok is weer gewoon kippenhok,
het zwembad zelf overkapt en gebruikt als opslag en waslijn voor als het blijft regenen.
Om ook 's winters de varkens wat extra eten te kunnen geven oogsten we fruit dat niet (meer) geschikt is voor consumptie. We koken er pap van, ontpitten en vriezen of maken het in. Potten regelen, opsnorren en schoonmaken in de ketel. Daarnaast verzamelen we twee grote tonnen met kastanjes en eikels. Eerst goed drogen in het zwembad dat we als opslag gebruiken. Marc maakte een overkapping van gevonden stammen kastanjehout. Het kost tijd en is intensief. De ligger van deze overkapping is 1 tamme kastanje. Voordat die geschikt is als nokbalk....

Een hottub in de maak en de reeds werkende buitendouche.
De thyleenleidingen liggen zo dat het door de zon warme water vanzelf de ton in stroomt.

Een stenenlift voor de aanleg van wat keermuurtjes in de moestuin, drooggestapeld.
Een vak apart, Marc is nog in de leer.

Wooncomfort; een terras bestraten met platte stenen die
 tijdens de winter van de hellingen boven het bospad spoelen.

Eikeltjeskoffie geroosterd in een ketel boven het vuur in de schouw.
Ik krijg er helaas buikpijn van, het is erg lekker!

Omdat we niet alles zelf kunnen maken we gebruik van een sociaal netwerk. Geheel vanaf de grond opgebouwd als vreemdelingen, inmiddels vreemdelingen van hier. In verband met de financiele sores, waar we nu zo ongeveer aan gewend zijn als een nieuwe realiteit, zocht ik klusjes. Dit het liefst keurig wit via het arbeidsbureau. Ik zei ja tegen verschillende 'missies' en zodoende sta ik nu regelmatig te strijken of wc's te boenen. Dat levert niet veel geld op, wel veel goodwill, hulp en advies. Getuige groente die wij niet hebben staan, eieren die onze kippen weigeren te leggen (doorgefokt), een flinke baal stro of het lenen van een haakladder voor renovatie van de daken. 
Ons sociaal leven schiet er tijdens het hoogseizoen bij in. 's Winters staat het sociale leven juist op een zeer laag pitje. Geen toeristen, geen vrienden uit Nederland die vakantie hebben of zin in een somber koud zuid Frankrijk, geen familieleden van vrienden hier waar je even aan kunt wippen, geen dorpsfeesten. Het doen met wat er is. Leuk, leerzaam, maar het kost altijd veel tijd. Internetten is kennis vergaren, informeren en ook werken voor de virtuele werelden, ook vergeet ik het delen niet, in mijn eigen taal, zoveel ik kan.

Ik kan geen nee zeggen tegen het uitoefenen van mijn vakken. Als hovenier maai ik graag een verwaarloosd gazon, het gras is weer voor onze ezeltjes als traktatie. Die moeten het hier doen met rotsig steil bebost terrein. Dat moet wel een plek krijgen en gekeerd worden om goed te drogen. (Als weer dat weer mee wil werken.) Ook wat boomverzorging durf ik weer aan. Even langs een klant rijden kost hier met deze afstanden een halve dag. Ik heb geen tijd om 1 klus per week te doen, boom of tuin, eerst onze eigen boontjes doppen, dan werken voor het geld.
Maar die paar rekeningen die we hebben, het bijna lachwekkende bedrag aan belasting en verzekering dat we betalen, elektriciteit en internet, de diesel en het onderhoud van oude auto's, de maandelijkse gang naar de grote goedkope super, het moet wel betaald worden.


hoe dichter je bij de aarde komt, hoe zwaarder het wordt
(De Kluizenaar)
Alles bij elkaar heb ik verschillende werkzaamheden voor wat inkomsten en gaat toch meer dan 80% van onze tijd op aan dat doppen van die eigen boontjes. Wat ik eigenlijk nog nergens gelezen of gehoord heb, hoe intensief het wordt als je naar de basis terug gaat. Een basis van niet minder comfort, maar een ander comfort dat niet gestuurd of aangereikt wordt van buitenaf. We zijn in de mogelijkheid dit grotendeels zelf te bepalen. 
Wat en hoe we het hier doen is hier gangbaar. Geen meerderheid van die paar permanente bewoners in deze regio, maar toch begrepen en toegejuicht. 
Dit is dus ons rommelen. Groen, intens & intensief, letterlijk wonderschoon. Een steeds diepere -ook enger en confronterend- verbinding met de aarde waarop en waarvan wij leven. Vrij ook, niet makkelijk, maar wel lonend. Het voedt en geneest, maakt ook wel eens ziek en verdrietig. Dit leven oordeelt niet, maar is.

3 opmerkingen:

  1. Indrukwekkend wat jullie al gedaan hebben en waar jullie nog mee bezig zijn.

    Hoewel ik ook zorgvuldig met mijn omgeving probeer om te gaan, blijf ik toch nog erg stads te leven.

    Vriendelijke groet,

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. steden blijven nodig hoor Rob! alleen is het evenwicht zoek in platteland en stad
      wat wij doen wil men niet graag, het lijkt veel offers te vragen, maar wat ervoor terug komt wordt niet gezien

      Verwijderen
  2. En zo is het maar net.
    Mensen zien het niet omdat ze niet willen kijken.
    Horen niets omdat ze niet willen luisteren.
    En leven niet omdat ze niet willen sterven, haha.
    Maar met het sterven van de kleine dood, bereikt men het hogere leven.
    Maar dan ga je wel eerst op je tandvlees over het grindpad.
    Om terug bij jeZelf te komen.
    En dat is hetgeen waar de meeste bang voor zijn.

    Stay Human,

    Jos.

    BeantwoordenVerwijderen